Bediening
52
STOP-functie
Het koken kan tijdelijk met de STOP-toets worden onderbroken, bijv. als er
aan de deur wordt gebeld. Om het koken met dezelfde kookstanden voort te
zetten, moet de STOP-functie worden beëindigd. Een ev. ingestelde timer
wordt gestopt en loopt daarna verder.
Om veiligheidsredenen is deze functie slechts 10 minuten beschikbaar.
Daarna wordt de kookplaat uitgeschakeld.
1. Het kookgerei staat op de kookzones en de gewenste kookstanden zijn
ingesteld.
2. Op de STOP-toets
verschijnen na elkaar de letters S-T-O-P.
3. De onderbreking wordt beëindigd door eerst op de STOP-toets
daarna op een willekeurige andere toets (behalve de Aan/Uit-toets) te
drukken.
De tweede toets moet binnen 10 seconden worden bediend, anders
wordt de kookplaat uitgeschakeld.
Vergrendeling
Door de vergrendeling kunnen de bediening van de toetsen en de instelling
van een kookstand worden geblokkeerd. Alleen de Uit-toets kan nog altijd
worden bediend om de kookplaat uit te schakelen.
Vergrendeling inschakelen (tijdens het koken):
1. Vergrendeltoets
indrukken om de functie te activeren. Het controle-
lampje boven de vergrendeltoets brandt. De bediening is geblokkeerd.
Vergrendeling uitschakelen
2. Vergrendeltoets
indrukken om de functie uit te schakelen. Het con-
trolelampje van de vergrendelingstoets dooft.
Opmerkingen
• De geactiveerde vergrendeling blijft ook behouden als de kookplaat uitge-
schakeld is! Vooraleer weer kan worden gekookt, moet ze daarom eerst
gedesactiveerd worden!
• Bij een stroomstoring wordt de ingeschakelde vergrendeling beëindigd,
d.w.z. gedesactiveerd.
drukken. In plaats van de gekozen kookstanden
NL
en