Beschrijving belangrijke onderdelen
ZIE PAGINA 7 VOOR EEN VISUEEL OVERZICHT VAN DE MACHINE
Aan-/ uitschakelaar: Trek deze omhoog en de compressor slaat
aan en schakelt daarna automatisch uit wanneer de tankdruk
de maximale vooraf ingestelde druk bereikt. In de UIT-positie
zal de compressor niet werken. Deze schakelaar moet in de UIT-
stand staan wanneer u het netsnoer aansluit op of losmaakt van
het stopcontact of wanneer u het luchtgereedschap verwisselt.
(UIT-stand = ingedrukt, AAN-stand = naar boven getrokken.)
Drukregelaar: De regelaar regelt de hoeveelheid luchtdruk die
vrijkomt bij de slanguitlaat, de druk kunt u op de manometer af-
lezen (Zie p. 13 voor instelinstructies). De druk wordt standaard
ingesteld op:
Werkdruk: ca. 10 bar
Maximale druk: ca 12 bar
Veiligheidsventiel: Deze geeft automatisch lucht af zodra de
tankdruk het vooraf ingestelde maximum overschrijdt.
Voor ieder gebruik
Controleer voor ieder gebruik of:
•
De machine compleet en correct geassembleerd is;
•
Er beschadigde onderdelen zijn;
Alle bouten en moeren vast zitten;
•
•
Er lekkages zijn m.b.t. het systeem;
Gebruik de machine niet wanneer er mankementen be-
kend zijn! Los eerst de mankementen op. Neem hiervoor indien
nodig contact op met de fabrikant.
Afvoerpijp: Deze buis voert perslucht van de pomp naar het
controle-ventiel. Deze buis wordt heet tijdens gebruik. Raak
nooit aan om risico op brandwonden te voorkomen.
Controle-ventiel: Een eenrichtingsklep die lucht in de tank laat,
maar voorkomt dat lucht in de tank terugvloeit in de compres-
sorpomp.
Wateraftap: Deze bevindt zich aan de onderkant van
de tank. Gebruik deze na iedere 20 werkuren om vocht
uit de tank af te voeren zodat u corrosie voorkomt.
Laat eerst de druk van de tank alvorens u de tank aftapt. (Zie p.
14 voor instructies)
Termische beveiliging:
De termische beveiliging schakelt de motor uit bij oververhit-
ting. Indien dit gebeurt schakelt de machine uit. Trek de aan-/
uitschakelaar naar boven en laat de compressor afkoelen. Druk
dan de termische beveiliging in en start de compressor opnieuw.
Zorg verder voor een goed opgeruimde werkplek:
•
Zonder gevaar voor uitglijden;
•
Vrij van obstakels;
•
Met voldoende licht.
Gebruik de machine niet in de directe nabijheid van
gas, benzine, of enige andere snel ontvlambare materialen!
11