Ruimte-invloed instellen
Bij weersafhankelijke regeling kan de aanvoertemperatuur bij
grote afwijking van de ruimtetemperatuur ten opzichte van de
gewenste temperatuur worden aangepast.
Offset aanvoertemperatuur = ∆ T
ingestelde ruimte-invloed
Gewenste ruimtetemperatuur
Werkelijke ruimtetemperatuur
werk
∆ Tv
= PI (T
Vb:
T
R gew
∆ Tv
= 3 x ( 20 °C – 18 °C) = 6 K
→ De aanvoertemperatuur wordt met 6 K verhoogd.
Hoe hoger de gekozen ruimte-invloed, des te meer invloed de
ruimtetemperatuur op de aanvoertemperatuur heeft.
Aansluiting van een OpenTherm Control Box met
relaisuitgang
Gedrag van een PD-regelaar (pulsduurregelaar)
Bij aangepaste verwarmingsinstallaties wordt een PD-rege-
laar gekenmerkt door korte uitregeltijd, geringe slingereffec-
ten en hoge regelnauwkeurigheid.
Gedrag van een hysteresis-/2-puntsregelaar
Bij te grote of te kleine verwarmingsinstallaties wordt een
hysteresisregelaar gekenmerkt door geringe schakelfrequen-
tie en kleine temperatuurafwijkingen.
3. Externe ingang
De externe ingang kan voor diverse externe sensoren worden
geconfigureerd.
= PI
– T
)
R gew
R werk
= 20 °C T
= 18 °C PI = 3
R werk
v
= T
R gew
= T
R
20