▷ Inbouwpositie met ingangs- en uitgangsflens: de
▷
VMF, VMV en VMO kunnen op een willekeurige
plaats in de leiding worden geplaatst. De VMO
moet bij gebruik als meetflens een in- en uitloop-
traject ≥ 5 DN hebben.
VMF, VMV
▷ Het huis mag de muur niet raken. Minimale af-
▷
stand 20 mm.
▷ Afdichtingsmateriaal en spanen mogen niet in de
▷
behuizing terechtkomen.
▷ ▷ Voor elke installatie moet een filter worden ingebouwd.
▷ Op voldoende vrije ruimte voor de montage en
▷
de instelling letten.
▷ ▷ Het apparaat niet in de buitenlucht opslaan of inbouwen.
OPGELET
Om ervoor te zorgen dat de VMF, de VMO of de
VMV in werking niet beschadigd raken, moet er op
het volgende gelet worden:
– Het apparaat alleen op de achtkant van de flens
met een passende sleutel vasthouden – gevaar
voor lekkage aan de buitenkant.
WAARSCHUWING
Wanneer de VMF, VMO of VMV met twee flenzen is
geleverd en deze achteraf op een valVario-armatuur
gemonteerd wordt, in plaats van de O-ring de dubbele
blokafdichting gebruiken. De dubbele blokafdichting moet
separaat worden besteld, zie [Afdichtingsset VA 1 – 3 – p. 7].
1
2
3
O anel O'ring
deve estar
montado.
5
VMO
≥ 5 DN
≥ 5 DN
4
6
NL-3
VMV
▷ Indien het fijnstelventiel VMV achter een drukre-
▷
gelaar VAD, VAG of VAV gemonteerd wordt, moet
een terugmelder met afdichting G in de uitgang
van de drukregelaar zijn ingebouwd.
G
VMF met drukschakelaar
Drukschakelaar DG..VC bedraden
7
8
9
10
2
NO
11
Pode ser
girado em
passos de
90°.
12
13
L1
3
3
COM
1
1
2
NC