2. Plaats een slangklem op het uiteinde van elke slang
(Figuur
21).
1
G014291
1. Ribbel van spoelmond
2. Slang van spoelmond
3. Plaats een slang op de geribde fitting van de spoelmond
(Figuur
21).
Herhaal de stappen voor de geribde fitting van de
andere spoelmond.
4. Schuif een slangklem over de ribbel en draai deze vast
om de slang te bevestigen.
Herhaal deze stappen voor de andere spoelmond.
De T-fitting plaatsen
1. Zoek de T-fitting in de losse onderdelen.
2. Plaats de T-fitting op de losse uiteindes van de slangen
van de spoelmond die u eerder installeerde, zie
21.
3. Schuif de slangklemmen over de ribbel en draai deze
vast om de slang te bevestigen.
De toevoerslang monteren
1. Zoek de lange toevoerslang tussen de losse onderdelen.
2. Meet 17,8 cm vanaf het uiteinde van de slang.
3. Snijd de slang af op deze plaats.
4. Plaats een slangklem over de uiteinden van de langste
slang.
5. Plaats de slang op het open uiteinde van de T-fitting
die u eerder installeerde
1
2
4
2
3
Figuur 21
3. Slangklem
4. T-fitting
(Figuur
22).
G014292
1
1. Slangklem
2. Lange toevoerslang
3. Filter
6. Schuif de slangklem over de ribbel en draai deze vast
om de slang te bevestigen.
7. Plaats een slangklem over de uiteinden van de kortste
slang.
8. Plaats een los uiteinde van de korte slang op de rechte
geribde fitting van de pomp.
9. Schuif de slangklemmen over de ribbel en draai deze
vast om de slang te bevestigen.
Het filter plaatsen
1. Zoek het geassembleerde filter tussen de losse
Figuur
onderdelen.
Opmerking: Let op de pijl op het filter.
2. Plaats het leidingfilter tussen de losse uiteinden van
de slangen die van de pomp komen en naar de
spoelmonden gaan
G014294
1. Pomp
2. Filter
10
5
4
Figuur 22
4. Afgesneden slang
5. Pomp
(Figuur
23).
1
2
4
Figuur 23
3. Lange toevoerslang
4. Afgesneden slang
1
2
1
3
3