Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bediening Sf 52W En Sf 53W - Kemppi FastMig SF 52W Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

2.3

Bediening SF 52W en SF 53W

AAN/UIT-toets (1)
De draadaanvoereenheid blijft in de UIT-stand staan wanneer de stroombron wordt
ingeschakeld en verhindert zo het opstarten. Op het scherm wordt 'OFF' (uit) weergegeven.
Wanneer de AAN/UIT-knop langer dan 1 seconde wordt ingedrukt, start de eenheid op. De
eenheid is nu gereed om mee te lassen en keert automatisch terug naar de positie voordat de
spanning onderbroken werd. De draadaanvoereenheid start ook op wanneer drie keer (kort)
de schakelaar van het laspistool wordt ingedrukt.
Basisinstellingen en schermen
Bij MIG-lassen wordt de draadaanvoersnelheid ingesteld via de linker potentiometer
(regelknop) en wordt de waarde weergegeven op het linker scherm. De lasspanning wordt
ingesteld via de rechter potentiometer (regelknop) en de waarde wordt weergegeven op het
rechter scherm. Tijdens het lassen geeft het linker scherm de feitelijke lasstroom weer en het
rechter scherm de lasspanning.
Bij elektrodelassen (MMA) wordt de lasstroom ingesteld via de potentiometer en wordt de
waarde weergegeven op het linker scherm. Het scherm aan de rechterkant geeft de onbelaste
spanning van de stroombron weer. Tijdens het lassen geeft het linker scherm de feitelijke
lasstroom weer en het rechter scherm de lasspanning.
Wanneer aanpassing van de MIG-dynamiek/boogdynamiek bij elektrodelassen wordt
geactiveerd met de boogdynamiek-/dynamiekknop, wordt de waarde aangepast via de
rechter potentiometer (regelknop) (zie informatie over het aanpassen van de MIG-dynamiek/
boogdynamiek).
Bij synergetisch 1-MIG-lassen wordt de vermogenswaarde ingesteld via de linker
potentiometer (regelknop) en de lengte van de boog via de rechter potentiometer
(regelknop) (zie '1-MIG-lassen').
Aanpassing van MIG-dynamiek/boogdynamiek (3)
Bij MIG-lassen is dynamiekaanpassing van invloed op de lasstabiliteit en de mate van spatten.
NL
De nulinstelling is de aanbevolen basisinstelling. Waarden –> min. (-1 ... -9), zachtere boog
voor minder spatten. Waarden –> max. (1 ... 9), hardere boog voor grotere stabiliteit en
wanneer 100% CO₂ wordt gebruikt als beschermgas bij het lassen van staal.
Bij elektrodelassen heeft aanpassing van de boogdynamiek invloed op de lasstabiliteit. Voor
het gebruik van andere typen elektroden zijn aanpassingen nodig. Instelbereik (-9 ... 0) wordt
veel gebruikt voor laselektroden voor roestvast staal. Instelbereik (0 ... +9) wordt gebruikt voor
hardere boogeigenschappen om de stabiliteit te vergroten, bijvoorbeeld voor het lassen met
dikkere basiselektroden en een lagere stroom dan aanbevolen. De fabrieksinstelling (0) is een
goed algemeen gebruik om de ruwheid van de boog aan te passen.
Indicatie van vloeistofgekoeld MIG-pistool (4)
U kunt een vloeistof- of luchtgekoeld MIG-pistool activeren met een setup-parameter Zie voor
meer informatie hoofdstuk 2.6.
Als de led (4) brandt, is vloeistofkoeling in het systeem geactiveerd. Controleer in dat geval
of u een vloeistofgekoeld MIG-pistool aan het apparaat hebt aangesloten. De koelunit start
wanneer de machine de volgende keer wordt opgestart.
6
FastMig SF 52W, SF 53W

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Fastmig sf 53w

Inhoudsopgave