5.2 Bediening
Aanwijzingen voor de gebruiker
De mini-koelwerkbank pas met levensmiddelen vullen wanneer op de digitale
display de ingestelde werktemperatuur wordt getoond.
De voorbereide levensmiddelen in geschikte bakken of GN 1/1 bakken leggen en
op de roosters planchetten plaatsen of de GN bakken in de geleiders schuiven.
Tijdens de eerste of complete vulling, altijd maar één kamer openen, om ervoor te
zorgen dat het apparaat niet omvalt.
In de mini-koelwerkbank geen warme gerechten of vloeistoffen plaatsen; ze eerst
koelen tot kamertempartuur.
De levensmiddelen altijd verpakken en afdekken.
Tijdens het plaatsen van levensmiddelen in de mini-koelwerkbank, eraan denken dat
tussen de binnenwanden van het apparaat en de te bewaren levensmiddelen een
voldoende grote afstand wordt bewaard om de vrije circultaite van lucht binnen het
apparaat te garanderen.
Hoe meer levensmiddelen er in de mini-koelwerkbank staan, hoe langer de deuren
open zijn, des te meer energie er wordt gebruikt.
Om het verlies van koelende lucht te verkleinen, moeten de deuren zo kort mogelijk
worden geopend, en niet te vaak.
Om het ontstaan van onaangename geuren in de mini-koelwerkbank te voorkomen,
de aanbevolen bewaartermijn in acht nemen en het apparaat regelmatig reinigen.
In het geval van een stroomstoring moeten de deuren gesloten blijven om het verlies
van koelende lucht te voorkomen.
Het voorbereiden van het apparaat
Het apparaat zorgvuldig reinigen voor de eerste ingebruikname. De aanwijzingen in
punt 6 „Reiniging en onderhoud" in acht nemen.
- 93 -