1. Plaats het maaidek op een horizontaal oppervlak.
2. Verwijder de peilstok/vulplug op de bovenkant
van de tandwielkast (Figuur 13) en controleer of
het peil van de tandwielolie tussen de merktekens
op de peilstok staat. Als het oliepeil te laag is,
vult u voldoende olie bij totdat het peil tussen de
markeringen op de peilstok staat.
Figuur 13
1. Peilstok/vulplug
Maaidek smeren
Voordat u het maaidek gebruikt, moet dit worden
gesmeerd zodat een goede smering is gewaarborgd,
zie het hoofdstuk Smering in de handleiding. Als het
maaidek niet goed is gesmeerd, kunnen belangrijke
onderdelen hierdoor voortijdig slijten of defect raken.
Gewichten aanpassen
Alleen voor de Groundsmaster modellen 3280-D
en 3320: raadpleeg voor de beste prestaties de
Gebruikershandleiding van de tractie-eenheid voor de
procedure van het aanpassen van de druk van het
tegengewicht.
De grasgeleider gebruiken
GEVAAR
Als de grasgeleider niet is geplaatst, staan uzelf
en anderen bloot aan contact met de messen
en uitgeworpen voorwerpen. Contact met het
draaiende maaimes en uitgeworpen voorwerpen
kan lichamelijk of dodelijk letsel veroorzaken.
• Verwijder de grasgeleider nooit van het maaidek
omdat hiermee het maaisel wordt afgevoerd
naar het gazon. Een beschadigde grasgeleider
moet direct worden vervangen.
• Steek nooit handen of voeten onder het
maaidek.
• Gebruik de maaimachine nooit als de
grasgeleider niet op het maaidek is geplaatst of
als deze is geblokkeerd in de geheven stand.
Opmerking: De geleider wordt door middel van
veerbelasting in de bedrijfsstand omlaag gehouden
(Figuur 14), maar de bestuurder kan de geleider tijdelijk
uit de weg zwaaien als dit nodig is.
1. Grasgeleider
16
Figuur 14
2. Veerscharnieren