• De gebruiker mag alleen ingrepen zonder het gebruik van
gereedschap verrichten.
• De wand of het meubelelement dat het dichtst bij het
apparaat staat (vloer, keukenwand, zijwanden) moeten
tegen een temperatuur van minstens 90° bestendig zijn.
• De aansluitkabel aan de achterkant van het apparaat moet
zo geleid worden, dat hij de achterwand van het fornuis niet
raakt. Tijdens de werking van het fornuis wordt de
achterwand vrij warm.
• Verpakkingsmateriaal (plastic folie, schuimplastic, spijkers
enz.) moeten verwijderd worden, zodat kinderen er niet bij
kunnen omdat ze een potentiële bron van gevaar vormen.
Kinderen kunnen kleine delen inslikken of stikken door de
folie over hun hoofd te trekken.
Het fornuis en de extra sokkel op de juiste hoogte
brengen
(alleen bij sommige modellen)
De hoogte van het fornuis met het onderstel is 90 cm, zonder
sokkel 85 cm. Aan de sokkel zijn links en rechts twee wieltjes
aangebracht, waardoor het fornuis gemakkelijker kan worden
verschoven.
Links en rechts voor bevinden zich op de sokkel twee
verstelbare schroeven, waarmee u het fornuis horizontaal
bijstelt en zijn bovenrand op gelijke hoogte brengt met het
meubelstuk dat naast het fornuis staat.
De voetjes kunt u verstellen nadat u de ovenlade uittrekt. Naar
wens kunt u ze hoger of lager draaien, totdat het apparaat
horizontaal staat. U kunt de verstelbare schroeven
gemakkelijk draaien wanneer u het fornuis een beetje laat
Gasaansluiting
• Verricht de gasaansluiting van het apparaat volgens de
voorschriften van de plaatselijke gasdistributeur.
• Het gasfornuis heeft aan de rechterkant een gasaansluiting
met een buitenschroefdraad ISO 7-1 R1/2.
• Bij sommige apparaten wordt een aansluiting voor vloeibaar
gas met een dichting geleverd.
• Bij het aansluiten moet de aansluiting R 1/2 worden
vastgehouden, zodat hij niet draait.
• De dichtingen kunnen slechts één maal worden gebruikt, en
moeten goedgekeurd zijn.
• Bij een naad die met een nietmetalen dichting is afgedicht,
mag de dikte niet meer dan 25% deformeren.
• Sluit het apparaat aan op de aansluiting met de
goedgekeurde flexibele slang. De slang mag niet met de
onderkant van het apparaat of de achterwand en de
bovenkant van de oven in aanraking komen.
Belangrijk: Controleer na de aansluiting van het gasfornuis of
de verbindingen goed afgedicht zijn.
Aansluiting met een flexibiele slang
Wanneer u het apparaat aansluit met een flexibiele slang, is de
weg, aangeduid met A, niet toegestaan.
• Bij gebruik van een metalen aansluitbuis is ook de
mogelijkheid A toegestaan.
16
hellen. De extra sokkel kunt u verwijderen door aan de
onderkant de vier schroeven los te draaien, waarmee het
onderstel aan de zijkant van het fornuis is bevestigd. In dit
geval neemt u de verstelbare schroeven van het onderstel en
plaatst deze links en rechts op de onderste voorste drager van
het fornuis. Stel het fornuis horizontaal bij zoals boven
beschreven is.
Sommige fornuizen hebben aan de onderkant vier verstelbare
stelpoten (twee achter en twee voor), bestemd voor het
bijstellen wanneer de vloer niet recht is of om het fornuis aan
de hoogte van de er naast staande keukenelementen aan te
passen.
Instelling door de fabriek
• De gasfornuizen zijn getest en zijn voorzien van het teken
• De gasfornuizen worden verzegeld ingesteld op aardgas
Eerste gebruik
U begint het apparaat te gebruiken volgens de
gebruiksaanwijzing.
Steek alle branders aan en controleer of de vlam stabiel is bij
hoge en lage afstelling. Stel indien nodig de luchttoevoer bij.
De vlam moet een blauwgroene kern hebben.
Leg dan aan de gebruiker de werking en de bediening uit en
lees samen de gebruiksaanwijzing door.
De gasaansluiting
1 ISO 7-1 R1/2
Aanwijzingen voor gebruik, opstelling en aansluiting
CE.
G25, 25 mbar.
167111