Inhoudsopgave
Advertenties
LAX 400
I.
II.
A
A
A
A
nl
S = 5 m
A
1
3
B A
11
11.2 Horizontaalcontrole
Controle van het lijnniveau van de horizontale laserlijn
Voor de horizontaalcontrole zijn 2 parallelle muren op een
afstand S van ten minste 5 m nodig.
1. Plaats de LAX 400 zo dicht mogelijk voor de muur A op
een horizontaal vlak.
2. De LAX 400 wordt met een uittreevenster voor
verticale laserlijn op de muur A uitgelijnd.
3. Schakel het laserapparaat in (schuifschakelaar 9).
4. Na het automatisch nivelleren wordt het zichtbare
laserlijnkruis op de muur A gemarkeerd. Markering 1.
B
5. Draai de LAX 400 180° en lijn deze met hetzelfde
uittreevenster voor verticale laserlijn op de muur B uit.
De hoogte-instelling mag niet worden veranderd.
6. Na het automatisch nivelleren wordt het zichtbare
laserlijnkruis op de muur B gemarkeerd. Markering 2.
7. Plaats het laserapparaat nu direct voor de muur B.
De LAX 400 wordt met hetzelfde uittreevenster voor
verticale laserlijn op de muur B uitgelijnd.
8. Het laserlijnkruis wordt door verdraaien en verstellen
van de hoogte exact met markering 2 in dekking
gebracht.
9. Draai de LAX 400 180° en lijn deze met hetzelfde
uittreevenster voor verticale laserlijn op de muur A uit.
De hoogte-instelling mag niet worden veranderd.
10. Het laserlijnkruis wordt door verdraaien exact met
B
de markeerlijn van markering 1 in dekking gebracht.
11. Na het automatisch nivelleren wordt het zichtbare
laserlijnkruis op de muur A gemarkeerd. Markering 3.
12. De verticale afstand tussen de markeringen 1 en 3
wordt gemeten.
Deze controle moet met beide verticale laserlijnen worden
uitgevoerd!
Afstand S tot de muur Maximaal toegestane afstand :
5 m
10 m
15 m
B
I.
II.
3,0 mm
6,0 mm
9,0 mm
Advertenties
Inhoudsopgave
