Details over uitvoeringswijze van de bliksem- en overspanningsbeveiliging dient u in de richtlijnen en
normen zelf te op te zoeken.
Over het algemeen raden wij aan het montagesysteem en de PV-module ramen in een deugdelijk
potentiaal vereffeningsysteem op te nemen en overspanningsbeveiligingen te gebruiken.
Een potentiaal vereffeningsysteem is noodzakelijk wanneer de gebruikte PV-modules niet aan
beschermingsklasse II voldoen of wanneer transformator loze omvormers gebruikt worden.
De doorsnede van het potentiaal vereffeningsysteem dient gelijk te zijn aan de doorsnede van de DC-
hoofdleiding met een minimum van 6mm² (koper).
Beschikt het gebouw over een bliksembeveiliging installatie en bevindt de PV-generator zich buiten het
bereik van deze installatie dan dienen het PV-moduleframe en het montagesysteem in de
bliksembeveiliging installatie te worden opgenomen. Dit gebeurt door veelvuldige verbindingen te
maken met de bliksembeveiliging installatie, door middel van een leiding met minimale doorsnede van
16mm² (koper). Tevens moeten er extra overspanningsbeveiligingen geïnstalleerd worden.
Let u erop dat u de installatie uitvoert volgens de laatste stand der techniek!
2.4 Montage van de DC Bekabeling
Bij het installeren van het montagesysteem dient u rekening te houden met de te leggen DC bekabeling:
Om hoge inductiespanningen te vermijden is het belangrijk om de leiding lus zo klein en kort
mogelijk te houden.
Er mag door de leidingloop geen enkele sneeuwophoping plaatsvinden.
Water moet gemakkelijk kunnen weglopen. Er mag absoluut geen waterstuwing plaatsvinden.
De DC kabels moeten zoveel mogelijk tegen UV- en weersinvloeden worden beschermd.
IBC SOLAR AeroFix / AeroFlat montagehandleiding - versie NL 20.01, juni 2020
7