WAARSCHUWING
BRAND- EN EXPLOSIEGEVAAR
Houd altijd minimaal 25,1 mm afstand tussen
de draaiende onderdelen van het roerwerk
en de materiaalhouder om vonkvorming door
contact te voorkomen.
Voorbeeldinstallatie
olienevelaar
filter in
luchtleiding
luchtreduceer-
ventiel en
manometer
OPMERKING: De referentienummers en letters tussen
haakjes in de tekst corresponderen met
de aanduidingen in de Onderdelen-
tekening en de afbeeldingen.
Luchtverbruik
De 187 W roerwerkluchtmotor heeft bij continu gebruik
3
in doorsnee 0,06 m
/minuut lucht nodig.
Hulpstukken voor de luchtleiding
Breng een filter aan in de luchtleiding om schadelijk vuil en
vocht uit de toegevoerde perslucht te halen. Het 3/8" npt
luchtleidingsfilter (20-micron element, 15 cl beker, zonder
manometer) heeft bestelnummer 106148.
VOORZICHTIG
Als de luchtmotor niet wordt gesmeerd, zal dat defecten aan
de luchtmotor veroorzaken.
Installeer een olienevelaar in de luchtleiding achter het filter
voor automatische smering van de luchtmotor. Stel de olie–
nevelaar in op 1 druppel olie per uur voor hogesnelheids- en
continugebruik. Niet teveel olie aanbrengen omdat de uitlaat-
lucht dan vervuild kan raken. Zie het hoofdstuk Smeren van
de luchtmotor op blz. 6 voor handmatig smeren van de
luchtmotor. De 3/8 inch npt olienevelaar voor de luchtleiding
is verkrijgbaar onder bestelnummer 214847.
Sluit aan de luchtleiding een snelkoppeling of kogelkraan aan
als hoofdluchtkraan. De bestelnummers: 208536 voor de
snelkoppeling en 169969 voor de 1/8 npt(u) fitting.
Voorbereidingen van gebruik van het roerwerk
1.
Verwijder de moer (5), borgring (4), schroef (10) en
de pen (6) van de as (12 of 13). Zie de Onderdelen-
tekening, op blz. 8.
4
306565
Installatie
motor van het roerwerk
mengtank
(alleen ter
referentie)
2.
Installeer het roerwerk op het vatdeksel door de as van
het roerwerk door het gat in het deksel te steken.
3.
Plaats de luchtmotor zodanig, dat de luchtleiding (A)
gemakkelijk aangesloten kan worden, en geen andere
componenten in de weg zitten. Zie Afb. 2.
4.
In de naaf van de luchtmotor zijn twee inkepingen aan-
gebracht. Door een borgschroef van de deksel vast te
draaien in een van de inkepingen wordt de luchtmotor
aan de deksel vastgezet.
5.
Breng de pen (7), de schroef (12), de borgring (5) en
de moer (6) aan op de as van het roerwerk (11). Zie
de onderdelentekening.
Model 204536
Schroef de rechte buisfitting (14a) in de 1/8 npt inlaat van
het naaldventiel (2). Zie Afb. 2. Schroef de elleboogfitting
(14b) in de 1/8 npt uitlaat van het spruitstuk van de lucht-
compressor.
Model 222695
Schroef de luchtslangkoppeling (B) in de 1/8 npt inlaat van
het naaldventiel (2). Zie Afb. 2. Schroef de wartelbout (C)
van de luchtslang in de 1/8 npt uitlaat van het spruitstuk van
de luchtcompressor.
Model 224572
Sluit de luchtleiding aan tussen de 1/8 npt inlaat van het
naaldventiel (2) en de 1/8 npt uitlaat van het spruitstuk van
de luchtcompressor. Zie hiervoor Afb. 2.
Aarding
Goede aarding is een essentieel punt om het systeem veilig
te houden.
Om het risico van vonken door statische elektriciteit
te verminderen moeten het bevestigingsdeksel en
alle elektrisch geleidende voorwerpen of toestellen in
het spuitgebied goed geaard zijn. Kijk de ter plaatse
geldende elektriciteitsvoorschriften na voor aardings-
instructies voor de betreffende situatie en apparatuur.
U aardt het roerwerk
sluitring (B) los te halen. Zie Afb. 1. Zet de aansluiting (C)
van de aarddraad vast aan het roerwerk met de schroef en
ring. Sluit het andere uiteinde van de aarddraad aan op een
echt aardpunt. Bestelnummer is 237569, aarddraad en -klem.
Afb. 1
door de aardingsschroef (A) en
C
B
A
01089