Rijden
5.2
Gebruik de besturing van de UNAwheel Mini op de volgende manieren:
Druk op de spanning/mode-knop om de UNAwheel Mini aan te schakelen.
•
Druk herhaaldelijk op de knop spanning/modus om een modus te selecteren
•
(reisafstand, totale afstand).
Druk op de knoppen Snelheid 5 of Snelheid 6 om een snelheidsmodus te
•
selecteren.
–
1 – Achteruit langzaam (max. 6 km/u)
–
2 – Openbare wegen vooruit (max. 6 km/u)
–
3 – Privégebied vooruit (max. 16 km/u)
Druk op de Gashendel om te beginnen met rijden.
•
Druk op de Remhendel om te vertragen.
•
Bekijk het scherm om uw snelheid en het batterijniveau te controleren.
•
Druk op de lichtknop om de koplamp in of uit te schakelen.
•
Houd de Spanning / mode-knop 5 seconden vast om de UNAwheel Mini uit te
•
schakelen.
Opladen
5.3
Wanneer u de UNAwheel Mini dagelijks gebruikt, laadt u de batterij op wanneer het
display een of twee slampjes batterijniveau weergeeft. Laad de UNAwheel Mini alleen
op met de meegeleverde lader. Lees de veiligheidsinstructies zorgvuldig voordat u het
apparaat oplaadt.
A
Batterij connectie kabel
B
Aan/ Uit lamp en oplaadindicator
C
Netkabel kabel
27
A
B
C