Figuur 23
Deze afbeelding is voor de duidelijkheid vereenvoudigd.
2. Trek de kabelmantel omlaag (naar de maaimachine toe)
om alle speling uit de kabel te halen (Figuur 24).
Figuur 24
3. Draai de moer op de kabelbeugel vast.
De onderkant van de
machinebehuizing reinigen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
WAARSCHUWING
Er kan materiaal losraken dat zit vastgekoekt aan
de onderkant van de maaimachine.
• Draag oogbescherming.
• Blijf in de bedieningspositie (achter de
handgreep) staan als de motor loopt.
• Houd omstanders uit de buurt.
Om de beste resultaten te verkrijgen, dient u onder de
machinebehuizing te reinigen zodra u klaar bent met maaien.
1. Zet de machine in de laagste maaistand; zie De
maaihoogte instellen (bladz. 9).
2. Plaats de maaimachine op een vlakke en verharde
ondergrond.
3. Reinig het gebied onder de afvoergeleider aan de
achterzijde waar het maaisel vanuit de behuizing naar
de grasvanger gaat.
Opmerking: Reinig het gebied met de hendel
helemaal naar voren en helemaal naar achteren.
4. Bevestig een tuinslang die aangesloten is op een kraan
aan de wasaansluiting op de machinebehuizing (Figuur
25).
1. Wasaansluiting
5. Draai de kraan open.
6. Start de motor en laat deze lopen totdat er geen maaisel
meer onder de machinebehuizing vandaan komt.
7. Zet de motor af.
8. Draai de kraan dicht en maak de tuinslang los van de
maaimachine.
9. Start de motor en laat deze een paar minuten lopen om
de maaikast te drogen zodat deze niet gaat roesten.
10. Laat de motor afkoelen voordat u de machine in een
afgesloten ruimte opslaat.
16
Figuur 25