2. Plaats de detector op het bevestigingspaneel door het rechtsom op
SmartBracket te draaien. Wanneer de detector in SmartBracket is bevestigd,
knippert deze met een led, wat aangeeft dat de sabotagedetector is
gesloten.
Als de led niet knippert na de bevestiging in SmartBracket, controleer dan de
status van de sabotagedetector in de
paneel.
Het beveiligingssysteem waarschuwt u als iemand de detector van het
oppervlak losmaakt of van het bevestigingspaneel haalt.
Installeer de detector niet:
1. buiten de ruimte (in de buitenlucht);
2. in de buurt van metalen voorwerpen of spiegels die het signaal dempen of
afschermen;
3. op plaatsen met een snelle luchtcirculatie (luchtventilatoren, open ramen of
deuren);
4. dichter dan een meter bij een oppervlak waar u kookt;
5. in ruimten waar de temperatuur en de vochtigheidsgraad de toelaatbare
grenzen overschrijden;
6. dichter dan 1 m bij de hub.
Autonoom gebruik van de detector
De detector kan autonoom worden gebruikt zonder verbinding met een
beveiligingssysteem te maken.
1. Zet de detector aan door 3 seconden op de aan/uit-knop te drukken (het
logo licht 1 seconde groen op) en voer de rooktest uit.
2. Kies de optimale locatie van de detector volgens de aanbevelingen in het
tweede deel van het hoofdstuk
3. Installeer de detector zoals beschreven in het hoofdstuk
Installatieprocedure
Ajax-app
Locatie selecteren
.
en daarna de stevigheid van het
van deze handleiding.