apparaat te reinigen.
15. Alleen opladen bij een
omgevingstemperatuur tussen 10ºC en 40ºC.
16. Gebruik alleen de oplader die met het
apparaat is meegeleverd. Het gebruiken van
de verkeerde oplader kan een elektrische
schok of oververhitting van de accu tot
gevolg hebben.
17. Uw oplader is ontworpen voor een
bepaald voltage. Controleer altijd of de
netspanning overeenkomt met de spanning
op het typeplaatje.
18. WAARSCHUWING! Probeer nooit e
oplader te vervangen door een gewone
stekker.
19. Stel de oplader niet bloot aan water.
20. Open de oplader niet.
21. Accu's:
• Maak het apparaat nooit open.
• Stel de accu niet bloot aan water.
• Stel de accu niet bloot aan hitte.
• Berg niet op op plaatsen waar de
temperatuur boven de 40ºC kan komen.
- 5 -