Gebruikershandleiding Draingoten DRP-, DRT-, DRS-, DRE-, DREN-, DRV-Serie
De roosters moeten in de draingoot geplaatst en verankerd worden alvorens het omhullingsbeton te storten.
De roosters en het randprofiel kunnen hierbij met een kunststoffolie beschermd, die na het uitvoeren van het
werk verwijderd wordt. Dit vermijdt het beschadigen van profielen en roosters en voorkomt dat beton in de
geulen terechtkomt. De bovenkant van het randprofiel en de roosters moeten 3 à 5 mm lager liggen dan het
afgewerkt niveau om een optimale afvoer te verzekeren en de randen van de geul te beschermen.
HERSTELLINGEN
Bij herstellingen en vervangingen van draingoten zal steeds gezorgd worden dat de plaatsing uitgevoerd
wordt volgens de plaatsingsvoorschriften voor een nieuw traject. De draingoten moeten steeds langs alle
zijden opnieuw in een omhullingsbeton geplaatst worden. Gelieve ons te contacteren voor advies.
wijzigingen voorbehouden – alle rechten voorbehouden
ESEP Milieutechniek B.V. | NL: postbus 10069
| BE:
6000 GB Weert
postbus 7
3945 Ham
Tegel- en klinkerverharding
In geval van een lage belasting kunnen de
tegels of klinkers tot tegen de draingoot
geplaatst worden. We raden echter aan de
klinkers die tegen de draingoot aanleunen
in een mortelbed vast te drukken. Bij
hogere belastingen worden de klinkers tot
tegen de betonomhulling geplaatst.
Asfaltverharding
Bij
lagere
afwerkingslaag tot tegen de draingoot
aangebracht
rekening gehouden te worden met de
verdichting van het asfalt door het walsen.
De afwerkingslaag moet na het walsen 3 à
5 mm boven het rooster en het randprofiel
komen. Voorzichtigheid is geboden om te
vermijden dat de draingoten bij het walsen
beschadigd worden.
Betonverharding
Bij een betonverharding zullen de nodige
uitzetvoegen
uitzetvoegen worden over de ganse lengte
en langs beide zijden van de geul
voorzien. Deze moeten vermijden dat bij
uitzetting van de omliggende betonplaten
de geulen dichtgedrukt worden. De exacte
locatie en afmetingen van de uitzetvoegen
zijn project- en plaatsafhankelijk en zullen
bepaald worden door de architect of
leidende ingenieur.
T: +31 495 543 430
F: +31 495 532 135
T: +32 11 241 649
F: +32 11 2426 30
belastingsklassen mag de
worden.
Uiteraard
voorzien
worden.
6 van 9
info@esep.nl
www.esep.nl
dient
De