1. Voer een naam in die verschillend is voor iedere computer.
NL
2. Voer voor alle computers in het netwerk dezelfde werkgroepnaam in.
3. Voer een omschrijving in die u helpt de computer te herkennen.
4. Klik op het tabblad 'Configuratie' om verder te gaan.
Klik op de knop 'Bestanden en printers delen'.
Selecteer de toegangsopties die u wilt en klik vervolgens op 'OK' om verder te gaan.
37