CargoMaster
3.3
Functieverloop
Voor de beschrijving van het functieverloop gaan we ervan
uit dat de CargoMaster zich in de stand 'Rijden op de vlakte'
bevindt. Beter uitgedrukt: Onderstel en frame staan onder-
ling zodanig dat makkelijk op de vlakte kan worden gereden.
Die uitgangsstand van de CargoMaster wordt 0° genoemd.
De hefbomen liggen daarbij ongeveer horizontaal zoals afge-
beeld in de afbeelding hiernaast. De draaias van de hefbomen
en de assen van de (grote) loopwielen bevinden zich op onge-
veer dezelfde hoogte.
De eerste fase
In stand 0° wordt de CargoMaster naar de onderste trede ge-
reden, wordt de OP-/NEER-schakelaar in de richting OP ge-
drukt en begint de motor te draaien.
De motoras kan in de grote loopwielen vrij draaien en omdat
de hefbomen vast verbon-
den zijn met de motoras
draaien de hefbomen rond
de as van de grote loopwie-
len en tillen ze daardoor au-
tomatisch het frame op.
De
draaibeweging
gaat
over de stand 45° en men
0°
90°
45°
135°
ziet dat de hefbomen bij
stand 90° het frame in de hoogste positie hebben getild. De
met het frame verbonden, kleine steunwielen zijn meegeste-
gen en stellen zich bij ongeveer 135° op de volgende trede.
De eerste fase is zo beëindigd.
De tweede fase
Als de steunwielen de grond raken, worden de loopwielen
over de standen 180° en 225° op dezelfde trede getild of ge-
trokken.
Bij ongeveer 270° bereiken de loopwielen de hoogste positie
en nemen ze bij ongeveer 315° de last van de kleine steun-
wielen over. Intussen kan de CargoMaster aan de kant van de
volgende trede teruggetrokken worden. Met de eindstand
360° is de tweede fase dan beëindigd en tegelijkertijd de uit-
gangsstand 0° bereikt. Het
volledige proces kan nu
herhaald worden.
180°
225°
270°
315°
360°
5