Plaats de uitlaat van de slang over
een afvoer of emmer en zorg ervoor
dat het water vrij uit het apparaat
kan stromen.
Dompel het uiteinde van de slang
niet onder in water; anders kan het
"Air Lock" in de slang veroorzaken.
Om het morsen van water te voorkomen:
•
Aangezien de onderdruk van de condensafvoerbak groot is, kantelt u de
afvoerslang naar beneden in de richting van de vloer.
•
Het is noodzakelijk dat de hellingsgraad groter is dan 20 graden.
•
Maak de slang recht om een val in de slang te voorkomen.
Stof verzamelt zich op het filter en beperkt de luchtstroom. De beperkte
luchtstroom vermindert de efficiëntie van het systeem en als het verstopt
raakt, kan dit schade aan de unit veroorzaken.
Het luchtfilter moet regelmatig worden schoongemaakt. Het luchtfilter is
uitneembaar voor eenvoudige reiniging. Gebruik het apparaat niet zonder
luchtfilter, anders kan de verdamper vervuild raken.
1- Druk op de POWER-knop om het apparaat uit te schakelen en trek
de stekker uit het stopcontact.
2- Verwijder het filtergaas uit de unit.
6. REINIGEN EN VERZORGEN
HET LUCHTFILTER REINIGEN
32
Doorlopende afvoerslang
(Binnendiameter = 16mm)
(elke twee weken)