Het apparaat wordt via de IEC-APPARAATBUS op het
[14]
stroomnet aangesloten. Een geschikt netkabel zit bij de
levering inbegrepen.
[15]
Serienummer van de EUROPOWER.
[16]
Hier vindt u een gedetailleerd overzicht van de verschillende
functies van de MODE SWITCHES (zie {9}).
2.3
Configuratieschakelaar (MODE SWITCHES)
Afb. 2.3:
DIP-schakelaar van de EUROPOWER
2.3.1
Clip Limiter
Wanneer het ingangssignaal van de eindtrap overstuurd raakt,
ontstaat er een vervormd uitgangssignaal. Allebei de kanalen van
de eindtrap zijn voor dit geval voorzien van een Clip limiter, die naar
wens aan of uit gezet kan worden. Deze herkent oversturingen
vanzelf en reduceert de versterking tot een verantwoord niveau
van vervorming. Om de dynamiek van het signaal te behouden,
begint de Clip limiter bij weinig oversturing met een geringere
onderdrukking. U activeert de Clip limiters met de schakelaars 1
(kanaal 1) en 10 (kanaal 2).
De Clip limiter vermindert bij het gebruik van breedband-luidspre-
kersystemen de hoogfrequente vervormingen, die bij oversturing
van de eindtrap optreden. De drivers worden zo voor eventuele
beschadigingen beschermd.
2.3.2
Ingangsfilter
Het LF- c.q. hoogdoorlaatfilter snijdt frequenties onder 30 Hz,
c.q. 50 Hz af. Dit verbetert de weergave van de bassen, aan-
gezien ultra-lage, storende frequenties worden verwijderd en
daardoor meer vermogen voor de weergave van het gewenste
frequentiebereik vrijkomt. Met de schakelaars 3 (kanaal 1) en
8 (kanaal 2) worden de filters gedeactiveerd en geactiveerd. Met
de schakelaars 2 (kanaal 1) en 9 (kanaal 2) bepaalt u de grensfre-
quentie. Is de filter uitgeschakeld, dan worden frequenties onder
5 Hz afgesneden, om beschermt te zijn tegen infrasoon geluid
en gelijkspanning.
Stel de filters overeenkomstig de frequentiekarakteristiek van uw
luidsprekerboxen in, sommige luidsprekers (basreflexboxen bijv.)
zijn namelijk zeer gevoelig voor te grote deflexie van de membra-
nen onder het aangegeven frequentiebereik.
Het 50 Hz filter dient voor alle breedbandluidsprekers te wor-
den gebruikt, omdat het als extra een lichte versterking rond
de 100 Hz heeft, waardoor een vollere klank wordt bereikt. Het
30 Hz filter is uitstekend geschikt bij het gebruik van subwoofers en
voor grote breedbandkabinetten. De "Off"-instelling behoort men
eigenlijk alleen voor speciale toepassingen te gebruiken, zoals
bijvoorbeeld studioversterking, waar het erom gaat, infrasone
geluidsgedeeltes te herkennen om ze te verwijderen.
EUROPOWER EP1500/EP2500
2.3.3
In deze modus werken beide kanalen van de eindtrap onafhanke-
lijk van elkaar met een apart ingangskanaal. Aan de uitgangen zijn
twee onafhankelijke luidsprekerboxen aangesloten. Zet de MODE
SWITCHES 4 en 5 op "STEREO", om deze modus te activeren.
In het tweekanaalsbedrijf dienen de schakelaars voor de
+
monobrugmodus gedeactiveerd zijn (dip-schakelaars 6
en 7 in linker stand).
De ingangsparallelschakeling maakt parallel gebruik mogelijk,
waarbij via één van de ingangen een signaal naar beide uitgangen
wordt gestuurd. Elk kanaal stuurt daarbij zijn eigen luidspreker
aan, met onafhankelijke versterking, filtering en piekbegrenzing.
Zet de MODE SWITCHES 4 en 5 op "PARALLEL INPUTS", om
de ingangen te koppelen.
+
In de parallelle modus moeten de schakelaars voor de
monobrugmodus uit staan.
Met parallelgeschakelde ingangen kunnen de overige ingangs-
bussen worden gebruikt om het signaal naar andere versterkers
door te geven. Dat betekent, dat de ingangen van kanaal 2 in dit
geval de functie van uitgang krijgen.
De parallelle modus biedt zich aan, wanneer twee luidsprekers
met hetzelfde signaal dienen te werken, daarbij echter aparte
versterking, filters of begrenzing gebruikt moeten worden.
In deze modus worden de spanningen van de twee kanalen
opgeteld en naar een luidspreker gestuurd. Het resultaat is een
dubbele spanning, een verviervoudiging van het piekvermogen
en een circa drievoudig continu uitgangsvermogen van één enkel
kanaal. In de monobrugmodus worden van kanaal 1 de ingang, de
uitgang, de Gain-regelaar, het ingangsfilter en de Limiter gebruikt.
Het gehele kanaal 2 wordt in deze modus niet gebruikt. Teneinde
uitval van bepaalde frequenties door interne fase-omkering tegen
te gaan, dient de GAIN-regelaar van kanaal 2 helemaal naar links
te zijn gedraaid.
Gebruik deze modus, om het vermogen van beide kanalen voor
één enkele belasting van 8 of 4 Ohm beschikbaar te maken. Zet
de schakelaars 6 en 7 hiervoor op "BRIDGE MODE ON". Als u
de aansluitklemmen als uitgang kiest, dan moet u de middelste
twee aansluitingen gebruiken.
De monobrugmodus stelt hoge eisen aan versterker en
+
luidsprekers. Overmatige oversturing kan leiden tot een
stilschakelen van de versterker of tot beschadigingen
aan de luidsprekers. U dient er absoluut zeker van te zijn,
dat uw luidspreker (ten minste 4 Ohm) en de bekabeling
dergelijk hoge vermogens kunnen verwerken.
Bedieningselementen
Tweekanaalsbedrijf (stereogebruik)
2.3.4
Parallelle modus
2.3.5
Monobrugmodus
5