10.6 Vetfilters in de vaatwasmachine
reinigen
De vetfilters filteren het vet uit de kookdampen. Regel-
matig gereinigde vetfilters zorgen voor een hoge vetaf-
scheidingsgraad. Wij adviseren de vetfilters elke 2
maanden te reinigen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
De vetafzettingen in de vetfilters kunnen ontbranden.
De vetfilters regelmatig reinigen.
▶
LET OP!
De vetfilters kunnen door inklemmen in de vaatwasser
worden beschadigd.
De vetfilters niet inklemmen.
▶
Opmerking: Bij de reiniging van de vetfilter in de vaat-
wasmachine kunnen lichte verkleuringen optreden. De
verkleuringen hebben geen invloed op de werking van
de vetfilters.
Vereiste: De vetfilters zijn gedemonteerd.
→ "Vetfilter verwijderen", Pagina 12
De informatie over de reinigingsmiddelen in acht ne-
1.
men.
→ "Reinigingsmiddelen", Pagina 11
De vetfilters los in de vaatwasmachine plaatsen.
2.
Sterk verontreinigde vetfilters niet samen met ser-
viesgoed reinigen.
Gebruik bij hardnekkig vuil een vetoplosmiddel. Vet-
oplosmiddel is verkrijgbaar bij de klantenservice of
in de webshop.
De vaatwasmachine starten.
3.
Bij de temperatuurinstelling maximaal 70 °C kiezen.
De vetfilters laten afdruppelen.
4.
10.7 Vetfilters inbouwen
LET OP!
Eraf vallende vetfilters kunnen de eronder liggende
kookplaat beschadigen.
Met een hand onder de vetfilter grijpen.
▶
De vetfilters inbrengen.
1.
De vetfilters naar boven klappen en de vergrendelin-
2.
gen vastklikken.
Zorg ervoor dat de vergrendelingen vastklikken.
3.
De filterafdekking sluiten.
4.
Ervoor zorgen dat de vergrendelingen van de filter-
5.
afdekking vastklikken.
10.8 Batterijen van de afstandsbediening
vervangen
WAARSCHUWING ‒ Kans op letsel!
Kinderen kunnen batterijen inslikken.
Batterijen buiten het bereik van kinderen bewaren.
▶
Kinderen bij het vervangen van batterijen in het oog
▶
houden.
Batterijen kunnen exploderen.
De batterijen niet opladen.
▶
De batterijen niet kortsluiten.
▶
De batterijen niet in het vuur gooien.
▶
LET OP!
Ondeskundige omgang met batterijen.
De aansluitklemmen niet kortsluiten.
▶
Alleen batterijen van het opgegeven type gebruiken.
▶
Geen verschillende batterijtypes samen gebruiken.
▶
Geen nieuwe en gebruikte batterijen samen gebrui-
▶
ken.
Geen oplaadbare batterijen gebruiken.
▶
Lekkende batterijen beschadigen de afstandsbedie-
ning.
De batterijen verwijderen als u de afstandsbediening
▶
niet gebruikt.
De lege of defecte batterijen op een milieuvriendelij-
▶
ke manier en veilig afvoeren.
Verwijder de afscherming.
1.
De lege batterijen verwijderen.
2.
De nieuwe batterijen plaatsen (type 3 V CR 2032).
3.
De afdekking sluiten.
4.
5.
De lege batterijen op een milieuvriendelijke manier
afvoeren.
Reiniging en onderhoud nl
13