▪
Bescherm het batterijpack tegen regen en vocht. Binnendringend water in de batterijlader
verhoogt het gevaar voor een elektrische schok.
▪
Laad enkel bij met de lader die door de fabrikant is opgegeven. Een lader die geschikt is
voor een bepaald type batterij kan brandgevaar opleveren wanneer hij gebruikt wordt met
een andere batterij.
▪
Laad geen andere batterijen op. De batterijlader is enkel geschikt voor het laden van onze
lithium-ion batterijen binnen de opgegeven spanningsbereiken. Bij ander gebruik ontstaat
er explosie- en brandgevaar.
▪
Hou de batterijlader proper. Vuil kan tot een gevaarlijke elektrische schok leiden.
▪
Controleer vóór elk gebruik de batterijlader, het snoer en de stekker. Gebruik de
batterijlader niet wanneer er defecten opgemerkt worden. Maak zelf de batterijlader niet
open maar laat hem enkel met originele onderdelen door vakbekwame mensen
herstellen. Beschadigde batterijladers, kabels en stekkers verhogen het gevaar voor een
elektrische schok.
▪
Gebruik de batterijlader niet op makkelijk ontbrandbare oppervlakken (bv. papier, textiel,
enz.) of in brandgevaarlijke omgevingen. Er is gevaar voor brand door het opwarmen van
de batterijlader tijdens het laden.
▪
Bij verkeerd gebruik van de batterij kan er vloeistof uit vrijkomen. Vermijd contact
hiermee. Indien dit per ongeluk toch gebeurt, spoel dan met water. Indien de vloeistof met
de ogen in contact komt, zoek dan bijkomend medische hulp. Vloeistof die uit de batterij
vrijkomt kan irritatie of brandwonden veroorzaken.
▪
Maak zelf de batterij niet open. Er is gevaar voor kortsluiting.
▪
Bescherm de batterij tegen hitte, bv. tegen continue zonnestraling of vuur. Er is
ontploffingsgevaar.
▪
Sluit de batterij niet kort. Er is ontploffingsgevaar.
▪
Indien de batterij beschadigd is of verkeerd gebruikt werd, kunnen er dampen vrijkomen.
Indien u hier last van ondervindt, zorg dan voor voldoende verse lucht en contacteer een
dokter. De dampen kunnen het ademhalingssysteem irriteren.
7 GEBRUIK
7.1
Laadprocedure
De meegeleverde batterijlader past bij de batterij die in het toestel zit. Gebruik geen andere
laders.
De Li-ion batterij is beschermd tegen te diepe ontlading. Wanneer de batterij leeg is, wordt het
toestel door een beschermingscircuit uitgeschakeld. De bithouder beweegt dan niet meer.
Wanneer de aan/uit-schakelaar continu bediend wordt, kan de batterij
beschadigd raken.
Het laadproces start zodra de stekker van de batterijlader in het stopcontact wordt gestopt en
het toestel op de batterijlader is aangesloten.
De laadindicator (2) van de batterij licht rood op om de laadprocedure aan te geven. De
batterij is volledig opgeladen wanneer de laadindicator groen oplicht.
Tijdens de laadprocedure kan de handgreep van het toestel opwarmen. Dit
is normaal.
Haal de stekker van de batterijlader uit het stopcontact wanneer het laden
voltooid is.
Gebruik het toestel niet tijdens het laden.
Copyright © 2019 VARO
POWX00410
P a g i n a
| 5
NL
www.varo.com