WAARSCHUWING
* Neem bij het installeren altijd de plaatselijk geldende regels in acht, en gebruik goedgekeurde
materialen en onderdelen.
* Plaats het apparaat niet in ruimten waar de temperatuur beneden het vriespunt ligt, omdat
er in het systeem altijd water achter blijft.
* Sluit het apparaat aan op een wandcontactdoos met randaarde.
* De buitenkant van het apparaat wordt tijdens het gebruik zeer heet. Dus niet aanraken!
* Het apparaat mag niet ondergedompeld of afgespoten worden.
* Schakel het apparaat nooit aan zonder dat er water in het reservoir zit.
* Bij defecten en (schoonmaak) werkzaamheden aan het apparaat, waarbij het geopend
moet worden, moet de stekker uit het stopcontact verwijderd worden.
* Laat alle reparaties uitvoeren door een daartoe bevoegd vakman.
* Wanneer het apparaat voor langere tijd niet wordt gebruikt is het raadzaam de stekker uit
de wandcontactdoos te verwijderen.
3. INSTALLATIE
Bij het plaatsen en aansluiten van het
apparaat moeten de volgende aanwijzingen
worden ge volgd.
3.1 Plaatsen van het apparaat
Plaats het apparaat:
•
rechtop, op buffet hoogte en op een
stevige vlakke onder grond.
•
zodanig dat het aangeslo t en kan worden
op het elektrici teitsnet.
•
zodanig dat het geen schade aanricht bij
eventuele lekkage.
3.2 Aansluiten op de elektriciteit
Afhankelijk van de elektrische uitvoering
van het appa raat, moet het apparaat
volgens de hier onderstaande
afbeeldingen worden aange sloten.
•
(fig. 2) Bij 230V 1 fase/nul met steker
aan sluiting.
•
(fig. 2) Bij 230V 1 fase/nul (3 aderige
ka b el).
Bij figuur 2 gelden de volgende opmerkingen:
•
In het geval dat de aangegoten stekker
niet in uw stopcontact past, moet deze er
worden afgeknipt en door een nieuwe
passende stek ker worden vervangen.
•
De verwijderde stekker moet worden
wegge gooid, omdat deze gevaar kan
opleveren als deze in een stop contact
wordt gestoken.
01/2007
!
5
Neem de volgende aanwijzingen in acht als u
een nieu we stekker monteert:
1. De groen/geel gekleurde ader ("AARDE")
moet worden aangesloten aan de klem
die gemerkt is met de letter "E", het
"aarde" sym b ool ( ) of groen of
groen/geel gekleurd is.
2. De blauw gekleurde ader ("NU L ") moet
wor den aange sloten aan de klem die
gemerkt is met de letter "N" of zwart
gekleurd is
3. De bruin gekleurde ader ("FASE") moet
worden aange sloten aan de klem die
gemerkt is met de letter "L" of rood
gekleurd is
BELANGRIJK!
Het 3 aderige netsnoer (fig.2) heeft de
volgende aderco de:
Groen/geel - Aarde
Blauw
- Nul
Bruin
- Fase
Fig. 2
Groen/Geel - Aarde (E)
Blauw
- Nul
(N)
Bruin
- Fase (L)