Download Print deze pagina

EO Mini Pro II Installatiehandleiding pagina 31

Advertenties

EO Mini Pro 2
3.0
Aanvullende informatie installatie EO Mini
Naast dit overzicht:
moet de installateur de aardlekschakelaar en aarding
controleren conform lokale regels en geteste
methoden.
Waar de EO Mini beschikt over een
aardlekbeveiliging moet een aardlekschakelaar Type
A geplaatst worden bij de stroomtoevoer, anders
moet een aardlekschakelaar met
overstroombeveiliging Type B of vergelijkbaar
gebruikt worden.
Gebruik waar mogelijk een aardlekschakelaar met
het juiste nominaal vermogen:
Dat wil zeggen: Lader 32 amp. = 40a
aardlekschakelaar
Lader 16 amp. = 20a aardlekschakelaar
EO Charging 2020
Kenmerken van ingang stroomvoorziening
Kenmerken van uitgang stroomvoorziening
Normale omgevingscondities
Toegangsvereisten
Montage
Beveiliging tegen elektrische schokken
Laadmethode
Ventilatie tijdens stroomtoevoer
Hoogte van installatie
Permanent aangesloten op wisselstroomtoevoer van 230V
Levert 230V wisselstroom aan het voertuig
Kan binnen of buiten geplaatst worden
Kan zonder toegangsbeperkingen geplaatst worden
Vaste apparatuur bedoeld voor montage tegen de muur of op een paal
Diagram of media plaatsen
Apparatuur van klasse I
Laadapparatuur Modus 3. Opmerking - adapters en conversie-adapters
mogen niet gebruikt worden voor deze apparatuur. Er mogen geen
verlengsnoeren gebruikt worden.
Ondersteunt geen ventilatie tijdens laden
Het laagste punt van de voertuigaansluiting dient tussen 0,5 m en 1,5 m
boven de grond te zijn

Advertenties

loading