PHASE BUTTON – Met deze toets kan het PHASE effect bediend worden. Het
PHASE effect verdraait het originele geluid en voegt een andere tonale definitie toe.
Het PHASE effect lijkt op het FILTER effect.
FLANGER EFFECT – Met deze toets kan het FLANGER effect bediend worden. Met
het FLANGER effect wordt de output vervormd en creëert daarmee een effect dat
vergelijkbaar is met het geleidelijk in en uit fase zetten van frequenties.
PAN EFFECT - Met deze toets wordt het PAN of TRANS effect bediend. Met het
PAN effect kan de output van het linkerkanaal naar het rechterkanaal verplaatst
worden. Zie effecten pagina 35.
REVERSE - Deze toets activeert de REVERSE PLAY modus. Met deze functie kan
een muziekstuk of sample van achter naar voren weergegeven worden. De pitch en
effect toepassingen functioneren normaal in de REVERSE modus.
25. SAMPLE BUTTON – Met deze toets kan een sample ingesteld en opgeslagen
worden. Druk op de SAMPLE BUTTON en vervolgens op de gewenste BANK
BUTTON (26) om de sample loop modus in te stellen. De LED van de toets zal
oplichten.
26. BANK PROGRAM BUTTON - Met deze functie kan een reeks van max. 12
opgeslagen samples geprogrammeerd worden. Zie pagina 27 voor meer informatie.
BANK BUTTONS 1-3 – Deze toetsen worden gebruikt voor het opslaan van 3 cue
points of voor het opslaan van 3 samples. Iedere BANK BUTTON kan een cue point
of een sample opslaan. Voor het afspelen van een sample moet eerst de SAMPLE
BUTTON (25) en daarna de BANK PROGRAM BUTTON worden ingedrukt.
27. MEMORY BUTTON - Deze toets heeft meerder bedieningsfuncties:
Druk op de toets om de MEMORY modus te activeren. De LED van de Memory toets
brandt als MEMORY modus actief is. Druk daarna op de gewenste BANK BUTTON
(26) om een cue point of een af te spelen loop op te slaan. Zie System Memory op
pagina 28.
Tijdens weergave kan ook een loop worden opgenomen door op de BANK button te
drukken (start opname) en nogmaals op de BANK BUTTON te drukken als gewenste
eindpunt loop bereikt is (stoppen opname).
Om de in de BANK opgeslagen loops en cue points in het systeemgeheugen te
bewaren moet de MEMORY BUTTON gedurende 1 seconde worden ingedrukt.
28. PARAMETER TIME KNOB – Met deze knop kan de tijdsweergave van de
parameter worden ingesteld. De tijdsweergave kan ook worden ingesteld door op de
TIME KNOB te drukken en aan het JOG WHEEL te draaien.
29. TIME BUTTON - Met deze toets kan de tijdsweergave, zoals beschreven is bij TIME
METER (48),
switchen tussen ELAPSED PLAYING TIME, TRACK REMAINING
TIME, en TOTAL REMAINING TIME.
30. SGL/CTN – Met deze functie kan gekozen worden tussen de weergave van een
enkel muziekstuk of continue weergave (alle titels achter elkaar). Deze functie werkt
ook in FLIP-FLOP modus. Met de SGL/CTN toets kan ook AUTO CUE aan en
uitgeschakeld worden door de toets tenminste gedurende een seconde in te drukken.
©American Audio® -
www.americanaudio.eu
– Radius 1000™ – Gebruikershandleiding pagina 14