VOORZICHTIG
▪ Bij het aansluiten van de voeding: sluit eerst de
aardingskabel aan vóór de stroomvoerende draden
worden aangesloten.
▪ Bij het losmaken van de voeding: maak eerst de
stroomvoerende draden los vóór de aarding wordt
losgemaakt.
▪ De lengte van de geleiders tussen de trekontlasting
van de voedingskabel en de klemmenstrook moet
zodanig zijn dat de stroomvoerende geleiders strak
zitten vóór de aardingsgeleider voor het geval dat de
voedingskabel
wordt
trekontlasting.
OPMERKING
Voorzorgsmaatregelen
voedingsbedrading:
▪ Sluit GEEN bedrading van verschillende diktes aan op
de klemmenstrook voor de voeding (speling in de
voedingsbedrading kan abnormale hitte veroorzaken).
▪ Bij het aansluiten van bedrading met dezelfde dikte,
volgt u de aanwijzingen in de bovenstaande afbeelding.
▪ Gebruik de aangewezen voedingsdraad en sluit deze
stevig aan, borg ze vervolgens zodat er van buiten
geen
druk
op
uitgeoefend.
▪ Gebruik een passende schroevendraaien voor het
vastdraaien van de schroeven van de klemmen. Met
een schroevendraaier met kleine kop beschadigt u de
schroefkop waardoor u de schroef niet goed meer vast
kunt draaien.
▪ Als u de schroeven van de klemmen te vast draait kunt
u ze breken.
Leg de stroomtoevoerkabels op minstens 1 m afstand van
televisietoestellen en radio's om geen interferenties te hebben.
Afhankelijk van de radiogolven volstaat een afstand van 1 m soms
niet.
WAARSCHUWING
▪ Controleer na het beëindigen van de elektriciteit of alle
elektrische onderdelen en aansluitklemmen in de
elektriciteitskast veilig zijn aangesloten.
▪ Controleer of alle deksels dicht zijn vooraleer de unit
aan te zetten.
OPMERKING
Alleen van toepassing als de elektrische voeding driefasig
is en de compressor een AAN/UIT-startmethode heeft.
Als een fase zich na een tijdelijke black-out kan omkeren
en de stroomtoevoer gaat aan en uit terwijl het systeem in
bedrijf is, installeer dan plaatselijk een beveiligingscircuit
tegen faseomkering. Door het systeem in omgekeerde
fase te laten draaien, kunnen de compressor en andere
onderdelen stuk gaan.
3.2.5
Gas
De gasboiler is standaard ingesteld voor:
▪ het gastype vermeld op het identificatieplaatje,
▪ de gasdruk vermeld op het identificatieplaatje.
EHYKOMB33A
Daikin Altherma hybride warmtepomp – gasketelmodule
4P353067-1K – 2020.10
losgetrokken
van
bij
het
leggen
het
klemmenbord
kan
worden
Laat de unit ALLEEN werken als het gastype en de gasdruk
overeenstemmen met deze vermeld op de identificatieplaatjes.
De gasinstallatie en het aanpassen van de gasinstallatie MOETEN
uitgevoerd worden:
▪ door voor dit soort werk bevoegd personeel,
▪ conform de geldende voorschriften voor gasinstallaties,
▪ conform de geldende voorschriften van de gasleverancier,
▪ conform de van kracht zijnde lokale en nationale voorschriften.
De boilers die aardgas gebruiken MOETEN op een afgeregelde
meter worden aangesloten.
de
De boilers die vloeibaar gas (LPG) gebruiken MOETEN op een
regelaar worden aangesloten.
De grootte van de gastoevoerleiding mag in geen geval minder dan
22 mm bedragen.
van
De meter of regelaar en de leiding naar de meter MOETEN door de
gasleverancier gecontroleerd worden. Dit om te garanderen dat het
toestel goed werkt en voldoet aan de vereisten inzake gasdebiet en
gasdruk.
GEVAAR
Indien u gas ruikt:
▪ bel onmiddellijk uw lokale gasleverancier en uw
installateur,
▪ bel (indien van toepassing) het nummer van de
leverancier op de zijkant van de LPG-tank,
▪ draai de noodkraan dicht op de meter/regelaar,
▪ schakel GEEN elektriciteitschakelaars AAN of UIT,
▪ rook NIET en strijk GEEN lucifers aan,
▪ doof alle open vuren,
▪ open onmiddellijk alle deuren en ramen,
▪ zorg ervoor dat niemand de betreffende zone kan
betreden.
3.2.6
Gasuitlaatbuis
De afvoerinstallaties MOETEN worden geïnstalleerd of gewijzigd
zoals beschreven in de fittinginstructies. Elk misbruik van of niet
toegestane wijziging op het toestel, de afvoer/schoorsteenpijp/
rookkanaal of op bijhorende onderdelen en systemen kunnen de
garantie doen vervallen. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld voor de gevolgen van dergelijke handelingen, buiten de
rechten voorzien door de wet.
De onderdelen voor afvoersystemen (schoorsteenpijp/rookkanaal)
die bij verschillende leveranciers werden gekocht, mogen NIET
worden gecombineerd.
3.2.7
Lokale wetgeving
Zie de lokale en nationale voorschriften.
4
Over de doos
4.1
Gasketel
4.1.1
De gasketel uitpakken
Plaats de gasboiler zo dicht mogelijk bij de installatiepositie voor u
deze uitpakt.
4 Over de doos
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
7