Het is van essentieel belang dat aan deze voorwaarden is voldaan alvorens de
inwerkingstelling uit te voeren.
5. De temperatuur moet worden geregeld met behulp van de regelknop.
Binnen de regelschaal varieert de TMIX-temperatuur van 30°C tot 50°C. Naast de
regelschaal is de temperatuur van het mengwater (TMIX) met de knop in de stand
HOT gelijk aan de watertemperatuur bij de warmwaterinlaat tijdens de overridefunctie
(THOT).
a. Stel de temperatuur van het mengwater af op de gewenste waarde.
b. Meet en registreer de temperaturen van het binnenkomende warme en koude water.
c. Meet en registreer de temperaturen van het tapwater met het laagste en het hoogste
debiet.
d. Voer de thermische afsluitfunctie uit.Sluit de afsluiter bij de koudwaterinlaat af
en controleer de uitvoer van het mengwater. Het debiet aan de uitlaat moet snel
teruglopen tot nul.
e. Meet en registreer de maximale temperatuur van het mengwater. De temperatuur mag
niet hoger zijn dan de limieten die worden vermeld in de algemeen geldende normen of
gebruiksvoorschriften.
f. Herstel de toevoer van het koude water bij de inlaat en meet de uitlaattemperatuur,
nadat deze zich gestabiliseerd heeft. De uiteindelijke temperatuur die gemeten is
tijdens deze test mag de toegestane waarden met niet meer dan ±2°C overschrijden.
Bij wijzigingen van de temperatuurinstelling moeten de tests volgens de punten d, e, f
worden herhaald.
Het is aanbevolen om alle bovengenoemde gegevens te registreren in het
inwerkingstellingsrapport en bij te werken in het onderhoudsrapport, wanneer er onderhoud
aan het ventiel wordt uitgevoerd.
12