7. HULP BIJ STORINGEN
Tijdens de fabricage van deze wasautomaat zijn vele controles uitgevoerd. Als er echter een storing optreedt, lees dan eerst onderstaande aanwijzingen voordat u
contact opneemt met onze service-afdeling.
Probleem
De machine start niet of er wordt geen water toegevoerd:
Er wordt water toegevoerd, maar meteen weer weggepompt:
De machine centrifugeert niet of pompt niet:
Er ligt water op de vloer rond de wasautomaat:
Wasresultaten zijn niet tevredenstellend:
De machine vibreert of staat onrustig:
Het programma duurt te lang:
De machine stopt tijdens een programma:
Het machinedeksel kan tijdens een programma niet geopend worden:
Lampje "
"* brandt niet na afloop van een wasprogram-
TROMMELSTAND
ma:
**
Lampje EINDE
knippert 4 keer
Lampje EINDE** knippert 2 keer*** :
Lampje EINDE** knippert 1 keer***:
Lampje EINDE** knippert 10 keer***:
Wasverzachter komt tijdens het doseren uit de overloop:
* afhankelijk van model
** Probleem indien mogelijk oplossen en dan toets "start/pauze" indrukken om het onderbroken programma opnieuw te starten.
*** Afhankelijk van het model kunnen akoestische signalen klinken.
8. KLANTENSERVICE
Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft, kunt
u de volgende afdelingen raadplegen:
Consumentenbelangen (voor algemene, product- of gebruiksinformatie)
tel. (0172) 468 172
Service-informatielijn (voor bezoek servicetechnicus en onderdelen)
tel. (0172) 468 300
***
:
Oorzaak
•
de machine is niet correct aangesloten, de elektrische installatie werkt niet,
•
het machinedeksel en de trommelkleppen zijn niet goed gesloten,
•
u hebt het programma niet goed gestart,
•
er is een stroomstoring,
•
de watertoevoer is afgesloten,
•
de waterkraan is dicht,
•
de watertoevoer is geblokkeerd.
•
de afvoerslang hangt te laag (zie hoofdstuk Installatie).
•
de afvoerslang is verstopt of gedraaid,
•
het afvoerfilter is verstopt,
•
de onbalansherkenning is in werking getreden; slechte verdeling van het wasgoed
in de trommel,
•
u hebt programma
POMPEN
•
de afvoerslang hangt niet op de juiste hoogte.
•
te veel wasmiddel heeft te veel schuim gevormd en dat is overstroomd,
•
het wasmiddel is niet geschikt voor machinaal wassen,
•
de afvoerslang hangt niet goed,
•
het afvoerfilter is niet op z'n plek gezet,
•
de watertoevoerslang lekt.
•
het wasmiddel is niet geschikt voor machinaal wassen,
•
er zit te veel wasgoed in de trommel,
•
u hebt niet het juiste programma gekozen,
•
u hebt niet voldoende wasmiddel gedoseerd.
•
niet alle verpakking is verwijderd (zie paragraaf 3.1),
•
de machine staat niet waterpas of is niet goed gevuld,
•
de machine staat te dicht tegen de muur of meubilair,
•
het wasgoed is niet goed in de trommel verdeeld,
•
er zit erg weinig wasgoed in de trommel.
•
de watertoevoer is geblokkeerd,
•
er is een stroomstoring geweest of het water is afgesloten,
•
de oververhittingsbeveiliging van de motor is in werking getreden,
•
de temperatuur van het leidingwater is lager dan normaal,
•
het schuimherkenningssysteem is in werking getreden (te veel wasmiddel) en de
machine heeft het schuim verwijderd,
•
de onbalansherkenning is in werking getreden, een extra fase is toegevoegd om het
wasgoed beter in de trommel te verdelen.
•
er is een water- of stroomstoring,
•
u hebt spoelstop ingesteld.
*
•
lampje
is uit.
DEKSEL
•
de temperatuur van het sop is te hoog.
•
het deksel kan pas 1 tot 2 minuten na beëindiging van het programma geopend
worden*.
•
de trommel kon de juiste positie niet bereiken door een voortdurende onbalans;
draai de trommel met de hand.
•
het machinedeksel is niet goed gesloten**.
•
het afvoerfilter is verstopt,
•
de afvoerslang is verstopt of gedraaid,
•
de afvoerslang ligt te hoog (zie hoofdstuk Installatie),
•
de afvoerpomp is verstopt,
•
de installatiesifon is verstopt**.
•
de waterkraan is dicht,
•
de watertoevoer in de woning is afgesloten**.
•
de kleppen van de trommel zijn open**.
•
u hebt niet de juiste hoeveelheid gedoseerd,
•
de hevels aan de achterkant van het wasmiddelbakje zijn verstopt.
Belangrijk!
Houd bij het opgeven van een storing altijd het E/PNC- en F/S-nummer van uw
apparaat bij de hand. Deze nummers vindt u op het typeplaatje van het appa-
raat en kunt u het beste hieronder noteren.
11
of functie "nachtstand"* gekozen,