De stookcurve
Het verloop van een stook kan schematisch door middel van
een stookcurve worden weergegeven (fig. 3). Een stookcurve
bestaat uit meerdere intervallen. Bij de TC507 kan een
stookcurve uit maximaal 100 intervallen bestaan (dit is
inclusief een vertraagde start). Een interval bestaat altijd uit:
Een opstooksnelheid (of afstooksnelheid).
Deze kan worden ingevoerd in graden per uur (bv. 250°C/h)
of in tijd naar een temperatuur (bv. in 2 uur naar 500 °C). Op
het regelapparaat aangegeven met 'rmp' en 'time'.
Een eindtemperatuur.
De temperatuur tot waar opstooksnelheid (afstooksnelheid)
moet worden aangehouden. Op het regelapparaat aangegeven
met 'tmp'.
Een (eventuele) pendeltijd.
Hoelang
aangehouden. Op het regelapparaat aangegeven met 'dwell'.
900
800
700
600
T
500
e
m
400
p
300
200
100
0
Interval
0
Vertraagde start (indien gewenst).
1
Eerste opstooktijd (250 °C/h naar 500 °C) met een pendeltijd
van 20 minuten.
2
Tweede opstooktijd (350 °C/h naar 820 °C), met een pendeltijd
van 10 minuten.
3
Ongecontroleerd afkoelen (SKIP) naar 540 °C, met een pendeltijd
van 1 uur.
4
Gecontroleerd afkoelen met 460 °C/h, geen pendeltijd.
de
eindtemperatuur
Schematisch weergegeven stookcurve
0
1
Interval
Keramikos – Gebruiksaanwijzing TC 507 regelapparaat - 3/22
(eventueel)
Fig. 3: een schematisch
2
3
4
weergegeven stookcurve,
bestaande uit 4 intervallen.
moet
worden