3. Knip de adereinden op 6mm af.
4. Steek de adereinden in de connector en schroef ze met beleid vast. Houd daarbij rekening met
de plus en min aansluiting zoals is aangegeven voor de connector in de behuizing van de
motorcilinder (+ het dichtst bij de achterzijde, - aan de kant van het knopje).
5. Breek uit de kap van het batterijencompartiment het uitbreeknokje.
6. Leg de voedingskabel langs de nokjes in de motorcilinder (zie voorbeeld).
7. Schuif de kap weer over het batterijencompartiment. Zorg er voor dat daarbij het
voedingskabeltje door de gecreëerde opening (uitbreeknokje) in de kap wordt gevoerd.
Documentnr. D001150243-001/1
23
Er wordt geadviseerd om bij gebruik van een adapter ook de
batterijen te plaatsen, deze zorgen ervoor dat de
motorcilinder ook werkt als de netspanning wegvalt.
Approved 2021-02-09