Zoek de Snelheidssensor (62) en de Magneet (67)
aan de linkerkant van de Katrol (64). Draai de Katrol
tot de Magneet is uitgelijnd met de Snelheids-
sensor. Zorg dat het gat tussen de Magneet en
de Snelheidssensor ongeveer 3 mm is. Indien
nodig maakt u de #8 x 3/4" Tekschroef (38) losser,
beweegt u de Snelheidssensor lichtjes en maakt u
de schroef weer vast. Laat de loopband een paar
minuten draaien om te controleren of de snelheid
juist wordt afgelezen en bevestig de Motorkap (niet
afgebeeld) weer.
PROBLEEM:
de helling van de loopband wijzigt niet goed
OPLOSSING: a. Druk op een van de hellingtoetsen [INCLINE] als de sleutel in het bedieningspaneel zit. Bij het
wijzigen van de helling haalt u de sleutel eruit. Steek de sleutel er na een paar seconden
weer in. De loopband stijgt automatisch naar het maximale hellingsniveau en keert dan terug
naar het minimumniveau. Hierdoor wordt het hellingsysteem opnieuw gekalibreerd.
PROBLEEM:
de loopband vertraagt als u erop loopt
OPLOSSING: a. Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik dan alleen een 3-aansluiting, 1 mm
snoer dat niet langer is dan 1,5 meter.
b. Als de loopband te strak is gezet, dan zal de werk-
ing van de loopband verslechteren en kan de loop-
band beschadigd raken. Verwijder de sleutel en
TREK DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT.
Draai beide bijstelbouten van de ruststandrol een
kwartslag naar links met de inbussleutel. Als de
loopband goed vastzit moet u elke rand van de loop-
band 5 tot 7 cm van het loopoppervlak kunnen op-
tillen. Zorg ervoor dat de loopband in het midden zit.
Haal dan de stekker uit het stopcontact. Plaats de
sleutel en laat de loopband een paar minuten lopen.
Herhaal tot de loopband goed vastzit.
c. Als de loopband nog steeds vertraagt als erop wordt gelopen, raadpleegt u de omslag van
deze handleiding.
All manuals and user guides at all-guides.com
20
3 mm
64
38
62
67
Boven-
aanzicht
(maat 14)
2
b
5-7 cm
Rolbouten van de Ruststandrol