Inhoudsopgave
Advertenties
Quick Links
Installatiehandleiding & Gebruiksaanwijzing
Dimlux Duo-power Ballast & Maxi-Controller 3.2
Installatie
De maxi controller en de power ballast kunnen zowel in als buiten een te verlichten ruimte
geplaatst worden. De power ballast kan geleverd worden met een voor gemonteerde kabel en
met een terminal aansluiting. De ballasten met voor gemonteerde kabels zijn zeer geschikt
voor montage in een te verlichten ruimte en de ballasten met een terminal aansluiting zijn zeer
geschikt voor montage in een aparte technische ruimte.
Power ballast
maxi-controller
Advertenties
Inhoudsopgave
Samenvatting van Inhoud voor DIMLUX Duo-power Ballast
- Pagina 1 Installatiehandleiding & Gebruiksaanwijzing Dimlux Duo-power Ballast & Maxi-Controller 3.2 Installatie De maxi controller en de power ballast kunnen zowel in als buiten een te verlichten ruimte geplaatst worden. De power ballast kan geleverd worden met een voor gemonteerde kabel en met een terminal aansluiting.
-
Pagina 2: Montage
Aansluiten De Dimlux power ballast kan geleverd worden met terminal aansluiting of met een voor gemonteerde kabel. Bij ballasten met voor gemonteerde kabel, dient de kabel met de aanduiding “INPUT” aangesloten te worden op een constante voedingsbron van 230volt. (een wandcontactdoos) De maxi-controller zorgt voor de tijdschakelingen. - Pagina 3 speakerdraad (rood / zwart) van bv 0,7mm2. Aan de zijkant van de maxi-controller zit een groene stekker met de aanduiding + 1,2,3,4. Ook staan er 2 min (-) tekentjes. Stekker controller Elk nummer staat voor een groep ballasten. Op elke groep kunnen tot 40 ballasten worden aangesloten.
-
Pagina 4: Opstarten
Het nummeren van de armaturen Vanaf de maxi-controller 3,2 met software 2.16 en hoger kunnen de poortjes 3&4 ook voor andere doeleinden gebruikt worden, nl een verwarming en/of een luchtbevochtiger aansturen. Als er bij deze versie niet meer dan 80 ballasten gebruikt worden en men de extra functies wil gebruiken, mogen de poortjes 3&4 dus niet voor aansturing van de ballasten gebruikt worden. -
Pagina 5: De Maxi-Controller
De maxi-controller De maxi controller kan zowel 400watt als 600watt lampen aansturen. Hiervoor dient de controller te worden opengemaakt door de 4 schroefjes aan de achterkant los te draaien. Op de printplaat zit rechtsonder een zgn. jumper. Dit is een brugje dat 2 contacten verbindt. Als het brugje over het middelste contact en het linker contact is geschoven, stuurt de controller 600watt lampen aan. - Pagina 6 Temperatuursensor (AT) -luchtvochtigheidssensor Deze sensor meet de relatieve luchtvochtigheid. Ook deze sensor dient te worden opgehangen op planthoogte en moet worden afgeschermd tegen straling van de lamp. De sensor is nodig bij de berekening van de VPD en om eventueel een luchtbevochtiger aan te sturen. Sluit de sensor aan op ingang “RH”...
- Pagina 7 Planttemperatuurcamera (PT) -Co2 sensor Met de co2 sensor kan de co2 waarde bij het gewas op afstand worden uitgelezen en indien nodig kan er door de sensor co2 worden gedoseerd. Als de co2 sensor samen met de PT camera en de temperatuursensor wordt gebruikt, zal de sensor geen co2 meer doseren bij een te hoge planttemperatuur.
-
Pagina 8: Het Hoofdscherm
De schermen Het hoofdscherm In het hoofdscherm vindt men alle info over de dimlux verlichting en de status daarvan. Door in dit scherm op de + of (-) toets te drukken verandert men de output van de power ballast manueel. Door de ingestelde output te veranderen dimt men de lampen manueel tot een minimum van 35%. -
Pagina 9: De Timer Instellen
Door in dit item 1x op set te drukken, kunnen de uren ingesteld worden met de + en(-) toets. Door nog 1x op de set toets te drukken kunnen de minuten ingesteld worden. Door nog 1x op set te drukken wordt de ingestelde tijd opgeslagen. De timer instellen 2)Het tweede item in dit menu is de on/off tijd van de lampen. - Pagina 10 Temperatuur beveiliging 5) In dit item kunnen 3 ruimtetemperatuur beveiligingen worden ingesteld nl. L (low), H (high) en S (shutdown) Door 1x op de set toets te drukken kan de L temperatuur limiet worden veranderd met de pijltjes toets. Als deze temperatuur wordt overschreden, zullen de lampen gaan dimmen om de ruimtetemperatuur op het gewenste niveau te houden.
-
Pagina 11: Stroomonderbreking
Als er gebruik gemaakt wordt van 400volt ballasten met een 600watt lamp, is de boost + 90watt waardoor de output van de lamp 690watt wordt. Dit heeft nagenoeg geen nadelig effect op de veroudering van de lamp. Stroom onderbreking 9)Met deze functie in de continu stand gaan de lampen na een spanningsonderbreking gewoon weer aan als de spanning terugkomt. - Pagina 12 12) Als er niet meer dan 80 ballasten op 1 maxi controller worden aangesloten, voldoen poortjes 1&2 van de maxi-controller. Poortjes 3&4 zijn dus over en kunnen in dit submenu voor andere doeleinden gebruikt worden. Door op de set toets te drukken kan er door het submenu gebladerd worden met behulp van de pijltjes toets.
-
Pagina 13: Het Co2 Scherm
13) Indien poortje 4 in item 12 een kachel aanstuurt, kan in dit item de temperatuur worden ingesteld waarbij de kachel moet aanspringen. Druk op set en stel met de pijltjestoets de temperatuur in. De kachel zal alleen actief zijn in de nachtstand. Hygrostaat 14) Indien poortje 3 in item 12 een luchtbevochtiger aanstuurt, kan in dit item de luchtvochtigheid worden ingesteld waarbij de luchtbevochtiger moet aanspringen. -
Pagina 14: Modulatie
100% blijven staan. Kalibreren van de sensor Het volgende item is de kalibratie van de sensor. De co2 sensor van het dimlux systeem kan zelf gekalibreerd worden. De sensor hoeft dus niet terug naar de fabrikant te worden gestuurd om te geijkt te worden. - Pagina 15 Minimaal 6 seconden doseertijd Als er met een co2 generator wordt gewerkt, kan het van belang zijn dat de vlam in de generator minimaal 6 seconden brandt om een onvolledige verbranding te voorkomen. Als de vlam steeds maar 1 sec brandt, kunnen er ongewenste gassen bij vrijkomen. Door deze tijd te verlengen zal de co2 waarde meer kunnen doorschieten maar wordt de regeling wel rustiger.
- Pagina 16 2 waarden is gedurende de dag periode. Dit verschil zou gedurende de dag ongeveer gelijk moeten zijn of geleidelijk iets kunnen oplopen. Als door een klimaatfout (te hoge co2 concentratie of te weinig water) het verschil te groot wordt, kan de Dimlux gaan dimmen en de co2 dosering stoppen.
-
Pagina 17: De Power Ballast
Kalibratie PT camera Het volgende item in dit menu is de offset van de camera. Hier kan de planttemperatuur gekalibreerd worden. Het is belangrijk dat als de PT camera bij 28gr op de ruimtetemperatuur sensor gericht wordt, dat deze beide hetzelfde aangeven. Druk op set en pas de afwijking aan met de + en (-) toets totdat er niet meer dan 0,5gr afwijking is tussen de AT en de PT. - Pagina 18 Temp protection symbolen legenda In het display kan een symbool komen die een alarm of de werking van de controller aangeeft. In het hoofd scherm: * = De lampen staan aan en de werking is alarm vrij. ! = Er is geen temperatuur sensor aangesloten of deze is defect. U bent niet beveiligd tegen hoge temperaturen! De controller zal nu niet gaan dimmen of de lampen uitschakelen als het te warm wordt.