Gebruik van wasverzachter of vloeibaar
stijfsel
Doseer wasverzachter en stijfsel in vak-
je § van de wasmiddellade.
De middelen worden tijdens de laatste
spoelgang toegevoegd.
2. Wasmiddellade
Te weinig wasmiddel heeft tot gevolg
dat
– het wasgoed niet schoon en na ver-
loop van tijd grauw en hard wordt;
– er zich vetbolletjes in het wasgoed
vormen;
– er zich kalk op de kuip en de verwar-
mingselementen afzet.
Te veel wasmiddel heeft tot gevolg dat
– er zich te veel schuim vormt, de was-
werking daardoor gering is en de
reinigings-, spoel- en centrifugeerre-
sultaten niet optimaal zijn;
– er door een automatisch ingescha-
kelde extra spoelgang meer water
wordt verbruikt;
– het milieu extra wordt belast.
^ Trek de wasmiddellade naar buiten
en doseer het middel in de vakjes.
i
Vakje voor de voorwas
Wanneer u de extra functie Voorwas
hebt gekozen, doseer dan
je i en
in vakje j.
2
/
3
j
Vakje voor de hoofdwas
en voor het inweken, wanneer u deze
extra functie hebt gekozen.
§
Vakje voor wasverzachter of stijfsel
^ Schuif de wasmiddellade weer naar
binnen.
Nadere bijzonderheden over wasmid-
delen en de dosering daarvan vindt u in
het hoofdstuk: "Wasmiddelen".
Zo wast u goed
1
/
in vak-
3
27