Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Geavanceerde Instellingen; Verwarmingsinstellingen - Warmup 3iE Gebruikersgids

Programmeerbare thermostaat
Inhoudsopgave

Advertenties

GEAVANCEERDE INSTELLINGEN

WAARSCHUWING!!
De opties in dit gedeelte kunnen de prestaties van uw thermostaat aantasten en mogen alleen door
een ervaren vloerverwarmingsinstallateur of op het advies van de technische supportdienst van Warmup
worden gewijzigd.
Tegels
Steen
Laminaat
Hout
Tapijt
Vinyl
Regulator
Gebruikersspecifiek

VERWARMINGSINSTELLINGEN:

• Vloertype: deze instelling is van invloed op de boven- en onderlimieten van de programmeerbare ingestelde
temperaturen, evenals op de oververhittingslimiet. Als u een door uzelf opgegeven (gebruikersspecifieke) limiet
instelt, wordt aanbevolen om de veilige temperatuurlimieten bij de fabrikant van de vloerafwerking te controleren
• Regulator: deze instelling wijzigt de thermostaat naar een regulatormodus. In deze modus wordt alle
temperatuurinvoer vervangen door een instelling tussen 1 en 10. Hierbij geeft het cijfer het aantal minuten in
een cyclus van 10 minuten aan dat de verwarming aan zal staan (d.w.z. als deze optie op 7 is ingesteld, zal
de thermostaat 7 minuten aan staan en vervolgens 3 minuten uit gaan voordat ze weer aan gaat). U moet het
thermostaatschema opnieuw programmeren nadat u de regulatormodus hebt geactiveerd.
NB.: probeer niet de instellingen van het verwarmingsdoel te wijzigen als u de regulatormodus hebt geactiveerd.
• Fil pilote: deze hulpdraad-functie is specifiek bedoeld voor de Franse markt en is niet nodig in de meeste andere
landen. Met deze optie kunt u de "fil pilote" modus inschakelen en de temperaturen voor comfort, zuinigheid en
vorstbescherming instellen. De hulpdraad van het systeem moet ook op contact 1 worden aangesloten.
• Master-relais: met deze functie kunt u de ene thermostaat gebruiken om een andere te regelen. Dit komt van
pas wanneer u meerdere vloerverwarmingselementen moet regelen met één programma. Om deze functie in te
stellen voert u de volgende stappen uit:
1. Bepaal welke thermostaat de "master" is en welke het "relais"
2. Gebruik een laagspanningskabel om contact 6 op de "master" aan te sluiten op contact 6 op het
"relais"
3. Gebruik een laagspanningskabel om terminal 7 op de "master" aan te sluiten op contact 7 op het
"relais"
Tip: deze aansluitkabels zijn op de "master" thermostaat een aanvulling op de vloersensor, maar op de
"relais" thermostaat is de vloersensor niet nodig
4. Onder de geavanceerde instellingen op iedere thermostaat schakelt u de "master" thermostaat om
naar de mastermodus en de "relais" thermostaat naar de relaismodus
5. Programmeer het gewenste schema in de "master" thermostaat
De "relais" thermostaat zal zijn sensors niet meer gebruiken voor de temperatuurregeling. Deze
thermostaat schakelt zich nu tegelijkertijd met de "master" thermostaat in en uit.
Programmeerbare limiet °C
Omgeving
Min. Temp
Max. Temp
5
30
3
30
2
27
2
27
2
27
5
27
5
30
Gebruikersspecifiek
Vloer
Min. Temp
Max. Temp
5
40
5
40
5
27
5
27
5
27
2
27
n/a
n/a
Gebruikersspecifiek
Oververhittingslimiet °C
40
40
30
30
30
30
n/a
Gebruikersspecifiek

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave