11. De slangen aan vul- en aftapkranen omwisselen
en de condensor van de warmtepomp via de re-
tourleiding spoelen.
12. Bovendien de ontluchtingsklep aan de conden-
sor van de warmtepomp openen. De condensor
ontluchten en na volledige ontluchting de ontluch-
tingsklep weer sluiten.
Gebruikershandleiding "omschakelklep"
10 Hydraulische aansluitingen
isoleren
Hydraulische leidingen in overeenstemming met de lo-
kale voorschriften isoleren.
1.
Open de afsluiters.
2.
Voer een drukproef uit en controleer de dichtheid.
3.
Isoleer de externe, plaatselijke buisleidingen.
4.
Isoleer alle aansluitingen, armaturen en leidingen.
11 Overstortventiel
Installatie- en gebruikershandleiding warmtepomp
Technische wijzigingen voorbehouden | 83059200gNL | ait-deutschland GmbH
12 Debietmeter / warmtemeter
(alleen met HDV varianten)
De in HDV apparaaten geïntegreerde debietmeter /
warmtemeter (①) wordt gebruikt voor de meting van
de hoeveelheid warmte die de verwarmingsinstallatie
opwekt en ter beschikking staat voor de bereiding van
warm water en de verwarming van het gebouw.
1
De debietmeter / warmtemeter meet de doorstroming
en het temperatuurverschil in het laadcircuit. Het meet-
bereik wordt in de verwarmings- en warmtepomprege-
laar ingesteld. De gemeten waarden kunnen op het
display van het bedieningselement uitgelezen worden.
Installatie- en gebruiksaanwijzing van de warmte-
pomp
13 Inbedrijfstelling
Gebruiksaanwijzing van de verwarmings- en
warmtepompregelaar
Installatie- en gebruikershandleiding warmtepomp
17