Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Netaansluiting En Verlengkabel; Voor De Aansluiting Op Het Stroomnet; Tijdens Het Werk; Bij Onderhoud, Reiniging En Herstellingen - Solo 113 Handleiding

Elektrisch bosmaaier
Inhoudsopgave

Advertenties

1.4 Netaansluiting en verlengkabel

Als verlengkabel voor de netaansluiting mogen enkel
verlengkabels met de hiernaast vermelde minimale
geleiderdoorsnede worden gebruikt, op voorwaarde dat ze
toegelaten zijn voor gebruik in open lucht.
-
DIN 57282/H07 RN-F
-
De koppelingen van de aansluitkabels moeten uit
rubber bestaan of met rubber bekleed zijn.
-
Als een kabeltrommel wordt gebruikt, moet de kabel volledig worden afgewikkeld.
Ga na of de spanning van het stroomnet overeenkomt met de informatie op het kenplaatje van de machine.
Het stopcontact moet met minstens 16 A beveiligd zijn.
Voor uw veiligheid is het aan te bevelen een verliesstroomschakelaar met een nominale foutstroom ¡Â 30 mA te
gebruiken

1.5 Voor de aansluiting op het stroomnet

Controleer voor elk gebruik of de volledige machine in bedrijfsveilige toestand verkeert.
De aan-uitschakelaar moet soepel werken en automatisch terugkeren naar de stoppositie.
Het snijwerktuig en de aanraakbeveiliging moeten goed vastzitten en in perfecte staat verkeren.
De op het toestel gemonteerde netkabel en de gebruikte verlengkabel moeten in perfecte staat verkeren.
Bij onregelmatigheden, duidelijke schade of als de goede werking beperkt is, mag u niet beginnen werken, maar dient u de
machine te laten controleren in een werkplaats.

1.6 Tijdens het werk

De bosmaaier mag enkel worden gebruikt als hij volledig in elkaar gezet is..
Werk omzichtig, met overleg en rustig, en breng geen andere mensen in gevaar.
- Let op goede zicht- en lichtomstandigheden.
- Blijf altijd binnen roepafstand van andere personen, die in een noodgeval hulp kunnen bieden.
- Las tijdig pauzes in het werk in.
- Wees attent op mogelijke bronnen van gevaar en tref navenante voorzorgsmaatregelen. Bedenk dat bij het gebruik
van gehoorbescherming het waarnemen van geluiden beperkt is. Ook gevaar aankondigende akoestische signalen,
geroep enz. kunnen niet worden gehoord.
- Voorzichtig bij natheid, gladheid, op hellingen of oneffen terrein. Er bestaat verhoogd risico voor uitglijden!
- Let op het risico van struikelen en op hindernissen zoals boomwortels, boomstronken, randen. Wees uiterst voorzichtig
als u op hellingen werkt.
- Controleer het werkterrein vooraf op stenen, gebroken glas, spijkers, draad en andere vaste voorwerpen. Verwijder
deze voorwerpen, zodat ze niet door het snijwerktuig kunnen worden weggeslingerd of erin vastgekneld raken.
- Let erop dat het snijwerktuig tijdens het inschakelen niet tegen voorwerpen en tegen de grond komt.
- Hou de machine altijd met beide handen vast en zorg ervoor dat u veilig en stabiel staat.
- Hou het snijwerktuig altijd onder de heup. Het draaiende werktuig mag niet van de grond worden opgetild.
- Hou alle lichaamsdelen op een veilige afstand van het roterende snijwerktuig.
- Hou de netkabel of de verlengkabel altijd op een veilige afstand van het snijwerktuig.
- Gebruik een degelijke maaitechniek (zie paragraaf 5.2 "Correcte werkwijze met de bosmaaier").
- Bedenk dat ook lawaai een belasting voor het milieu teweegbrengt. Houd u eventueel aan rusttijden, die plaatselijk
anders kunnen zijn.
Als de bosmaaier zich abnormaal gedraagt, dient u de motor uit te schakelen.
Als u de aan-uitschakelaar loslaat, blijft het snijwerktuig nog enige tijd werken. Let erop dat het snijwerktuig tot stilstand
gekomen is voor u de machine neerlegt.
Voor u het snijwerktuig aanraakt – ook als u een verstopping wenst te verhelpen of als het snijwerktuig vastgeklemd zit –
dient u de motor uit te schakelen, te wachten tot het snijwerktuig stilstaat en de netstekker af te trekken.

1.7 Bij onderhoud, reiniging en herstellingen

Voer uitsluitend die onderhouds- en reparatiewerkzaamheden zelf uit die in deze handleiding beschreven staan. Alle anderen
werkzaamheden moeten door een geautoriseerde vakwerkplaats worden uitgevoerd.
Voor reinigings-, onderhouds- en herstelwerken moet de motor altijd worden uitgeschakeld en moet de netstekker
worden afgetrokken.
Bij alle reparaties mogen uitsluitend originele reserveonderdelen van de fabrikant worden gebruikt.
De machine nooit – ook niet om te reinigen – nat afspuiten.
Kabellengte tot
Minimale geleiderdoorsnede
7 m
15 m
30 m
Veiligheidsvoorschriften
1,2 mm
2
2
1,6 mm
2,0 mm
2
NEDERLANDS
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

114

Inhoudsopgave