6 BIJZONDERE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
1.
Bij gebruik van zaagbladen met hardmetalen tanden is het aangeraden bladen met
negatieve of matig positieve snijhoek te gebruiken. Gebruik geen zaagbladen met diep
uitgesneden tanden. Deze kunnen de beschermkap grijpen.
2.
Opgepast: Monteer eerst zorgvuldig alle onderdelen alvorens het werk te starten. Volg de
procedure zoals aangegeven.
3.
Indien u niet vertrouwd bent met het gebruiken van een dergelijke machine, kunt u zich
beter eerst laten inlichten door vaklui, een instructeur of door een technicus.
4.
Altijd het werkstuk stevig tegen de zaaggeleider klemmen of aandrukken, alvorens u de
bewerking uitvoert. Het gebruik van alle mogelijke kleminrichtingen heeft de voorkeur
boven het gebruik met de handen.
5.
Belangrijk: Wordt er bij de uit te voeren bewerking met de hand vastgehouden, gebruik
dan een minimale afstand van 100mm van het zaagblad.
6.
Druk het werkstuk altijd tegen de tafel.
7.
Houd het zaagblad scherp en controleer regelmatig of het vrij ronddraait zonder
abnormale trillingen. Vervang het zaagblad indien mogelijk.
8.
Laat de machine vrij draaien tot het maximum toerental bereikt is, voordat met de
bewerking wordt begonnen.
9.
Onderhoud de luchtinlaten aan de achterkant en de onderkant van de tafelzaagmachine
en elektromotor, dit voor het behoud van de machine. Stofophopingen dienen te worden
vermeden.
10. Vergrendel steeds de verschillende gradeninstellingen voordat u begint met het
bewerken.
11. Koop alleen aangepaste zaagbladen met een toerental van minimaal 6000 t.p.m.
12. Maak alleen gebruik van het juiste zaagblad. Te kleine of te grote zaagbladen zijn
uitermate gevaarlijk.
13. Inspecteer regelmatig het zaagblad op eventuele mankementen. Vervang het zaagblad
indien nodig.
14. Ontvet het nieuwe zaagblad en reinig de flenzen voordat u het nieuwe blad monteerd.
Monteer het blad daarna in de juiste richting en trek de flenzen hard aan door middel van
de centrale bout.
15. Alleen originele flenzen gebruiken. Alle anderen zijn niet aangepast.
16. Werk nooit zonder de beschermkap van het zaagblad.
17. Ook het bewegende gedeelte van de beschermkap dient gemonteerd te blijven.
18. Het zaagblad nooit smeren terwijl het draait.
19. Altijd de handen verwijderd houden uit het traject van het zaagblad.
20. Nooit een werkstuk oprapen door met de handen langs,of achter het zaagblad te grijpen.
21. Zorg dat het werkstuk nooit tegen het zaagblad aankomt, voordat de machine aangezet
is.
22. Bewerk nooit metaal of steensoorten met deze machine.
23. Gebruik steunmiddelen om lange werkstukken te ondersteunen.
24. Gebruik de machine nooit in een gevaarlijke omgeving, daar waar ontbrandbare gassen
of vloeistoffen aanwezig zijn.
25. Nooit de machine onbeheerd achterlaten zonder deze eerst van het stroomnet te
ontkoppelen.
26. Hoort u abnormale geluiden, probeer deze dan op te sporen of breng de machine naar
een erkend installateur of reparatiebedrijf.
27. Als een onderdeel gebroken of beschadigd is, vervang of repareer dit onmiddellijk.
28. Plaats uzelf nooit in het traject van het zaagblad maar ga links of rechts van de zaagtafel
staan.
29. De handen moeten eveneens naast het traject van het zaagblad geplaatst worden.
30. Duw het te zagen materiaal altijd met een stok langs de zaag, gebruik nooit uw handen.
Copyright © 2017 VARO
POWX221
P a g e
| 6
NL
www.varo.com