B
C
D
E
F
12
Hoofdstuk 2 |
Statuslamp
De statuslamp geeft de status van de warmtepomp aan. De lamp:
■
brandt groen tijdens normaal bedrijf.
■
brandt geel in de noodstand.
■
brandt rood in het geval van een geactiveerd alarm.
Toets OK
De toets OK wordt gebruikt om:
■
selecties van submenu's/opties/instelwaarden/pagina in de
startgids te bevestigen.
Toets Terug
De toets terug wordt gebruikt om:
■
terug te keren naar het vorige menu.
■
een instelling te wijzigen die niet is bevestigd.
Selectieknop
De selectieknop kan naar rechts of links worden gedraaid. U kunt:
■
in de menu's en tussen de opties scrollen.
■
de waarden verhogen en verlagen.
■
scrollen door pagina's, sommige informatie is verdeeld over
meerder pagina's (bijvoorbeeld helptekst of service-info).
Schakelaar
De schakelaar kan in drie standen worden gezet:
■
Aan ( )
■
Stand-by ( )
■
Noodstand (
)
De noodstand mag alleen worden gebruikt in het geval van een
ernstig probleem met de warmtepomp. In deze stand schakelt de
compressor uit en schakelt de elekrische bijverwarming in. Het dis-
play van de warmtepomp is niet verlicht en de statuslamp brandt
geel.
De warmtepomp: het hart van het huis
NIBE F730