Informatie over de stans
Praktische tips voor de verwerking van alle Döllken-kernplinten
Algemeen
De universele verstekstans type 1001 kan zo-
wel voor de dunne kernplinten zoals S 60 flex life
TOP, TS 60 life TOP, C 60 life TOP, C100 life, D 60
life TOP, S 100 life en TS 100 alsook voor de dik-
ke kernplinten Cubu flex life, Cubu flex life XL, S
66/22 flex life en de design-kernplint EP 60/13 flex
life worden gebruikt.
De universele verstekstans is een precisiege-
reedschap voor de vakman dat op vakkundige
manier verzorgd, onderhouden en gebruikt moet
worden. Lees voor het eerste gebruik van de stans
deze gebruiksaanwijzing door om bedieningsfou-
ten, foute handling en schade te vermijden. Uw
veiligheid hangt van het juiste gebruik van de stans
af.
Döllken Weimar stelt zich niet aansprakelijk voor
schades die het gevolg zijn van onvakkundig ge-
bruik, onjuiste verzorging en opslag en onjuiste in-
stellingen en reparaties van de stans.
Alle producten worden onderworpen aan een zorg-
vuldige kwaliteitscontrole. Mocht u desondanks
gegronde redenen voor een reclamatie zien, dan
kunt u de stans samen met een stuk gestanste
plint (binnen- en buitenhoek) aan uw dealer / Döll-
ken-medewerker overdragen.
Veiligheidsaanwijzingen
De Döllken-verstekstans is een precisiege-
reedschap en mag uitsluitend door een vakkun-
dige persoon worden bediend.
De Döllken-stans werd ontwikkeld voor de verwer-
king van Döllken-kernplinten. Oneigenlijk gebruik
kan beschadigingen tot gevolg hebben.
Let erop dat er zich bij gebruik geen vreemde voor-
werpen en geen stansresten in de stans bevinden.
De stans mag niet zonder ingeklemde plint wor-
den bediend om beschadiging van het mes te
vermijden.
Slijp een bot mes van uw verstekstans niet zelf
om dat de geometrie van de snede exact aange-
houden moet worden. Stuur de complete stans via
Bedieningshandleiding
uw dealer rechtstreeks naar Döllken. Daardoor is
gegarandeerd dat het geslepen resp. nieuwe mes
en de stans als geheel goed afgesteld worden.
Na loslaten van de hendel moet het mes altijd zelf-
standig naar de bovenste positie terugbewegen,
anders moet het mes geolied of de veer vervangen
worden.
Pak of houd nooit het mes vast bij bediening
van de stanshendel. Grijp nooit tussen de kle-
minrichting en het stanslichaam. BIj het inspan-
nen van de plint bestaat hier een groot risico
op lichamelijk letsel. Vermijd te allen tijde elke
aanraking van het mes.
De stanshendel veert zelfstandig terug, houd
daarom het zwenkbereik van de hendel altijd
vrij van obstakels.
Zorg ervoor dat de stans vanwege het risico op
letsel en materiële schade niet in onbevoegde
handen terechtkomt, vooral niet bij kinderen en
onbevoegde personen.
Instellen van de spanhendel
Om de diverse soorten plinten van verschillende
diktes
te kunnen stansen, moet de spanner (kniehef-
boom) in de voor het type plint bestemde sleuf van
de dubbele insteekplaat worden vergrendeld.
Om de dikke kernplint
Cubu flex life, S 66/22 flex life of EP 60/13 flex life
te stansen, moet de spanner in de tweede ins-
teeksleuf van de dubbele insteekpocket worden
geschoven (de buitenste, vanaf het stansmes ge-
zien). Daarvoor moet de spanner voor de stans
ver worden geopend en moet de borgbout (ronde
zwarte knop) horizontaal worden uitgetrokken. Ver-
volgens moet de spannner eruit worden getild en in
de tweede insteeksleuf