Inhoudsopgave
Advertenties
Aanbeveling voor de bandenspanning:
Zuladung [kg] 40 – 70
Druck [bar]
3,0 – 3,5
Druck [PSI]
43,5 – 50,8 50,8 – 58
Druck [kPa]
300 – 350
9.6. Instellen schakeling
Zelfs als het circuit perfect werkt, moeten alle bewegende delen van de derailleur en
de lagers van de looprollen van tijd tot tijd worden geolied. Als het circuit op uw fiets
niet goed werkt, moet dit mogelijk worden aangepast. Een noodzakelijke aanpassing
valt dus niet binnen het garantiebereik van de fabrikant!
Afbeelding 22 toont de tuimelschakelaar op het stuur. 1 betekent de laagste versnelling, 8
de hoogste. Gebruik de eerste versnelling voor stijgen en dalen. Als de versnellingspook
niet precies verschuift, kunt u de situatie verhelpen (allemaal Afbeelding 23):
4 der Schaltwerks moet precies onder het betreffende rondsel 2
liggen elk geselecteerde passage. Dit gebeurt met behulp van de zwenkbare
begrenzingsschroeven 1 (afbeelding 23) verstelbaar aan de achterderailleur. Als de
ketting over het grotere tandwiel springt, dan de Stel de scharnierende
begrenzingsschroef L 5 zo af dat de ketting nog steeds het grootste tandwiel heeft kan
klimmen maar er niet overheen. In het tegenovergestelde geval, als de ketting het kleinst
is Het rondsel valt, mocht de scharnierbout H 3 Kettinggeleiderol staat loodrecht onder
het kleinste rondsel. zodanig worden ingesteld dat de
regelmatig worden onderhouden. Na verloop van tijd worden de kabels langer, dit kan
worden verholpen met de juiste stelschroeven zoals weergegeven in afbeelding 24 zijn.
Voor dit doel, de stelschroef na 6 of 7 teruggetrokken en gedraaid. een Door tegen de
klok in te draaien, wordt het touw losser en met de klok mee wordt het touw strakker.
71 – 110
111 – 150
3,5 – 4,0
4,0 – 4,5
58 – 65,2
350 – 400 400 – 450
Afbeelding 22: keuzehendel versnelling
De stroomkabels moeten
De rollen
28
Advertenties
Inhoudsopgave
