Installatie
Mechanische installatie
De weegindicator TAD 3 is uitgevoerd met een
gladde behuizing, hoofdzakelijk voor
paneelbouw. Het apparaat past in dezelfde
uitsparing als de weegindicator E-1-TAD en de
E-2-TAD. Een geïntegreerde pakking aan het
front voorziet in een afgesloten verbinding met
het paneel (max. 10 mm dik).
Elektrische installatie
Alle elektrische verbindingen met de TAD 3, inclusief aarde, worden gerealiseerd
middels plug-in terminal blocks en connectoren.
De bedrading naar de aansluitklemmen moet uitgevoerd worden met afgeschermde
kabel. Dit geldt voor alle verbindingen, behalve de voeding.
De kabels moeten zodanig aangelegd worden dat elektromagnetische invloeden van
vermogenskabels wordt voorkomen.
Krachtopnemers aansluiten
Contacten 1-8
Het aansluiten van de krachtopnemers moet met zorg gebeuren om een goed
weegsignaal te verkrijgen.
Let op: Krachtopnemerkabels mogen nooit ingekort worden.
Attentie:
Tussen krachtopnemerkabels en vermogenskabels
moet een afstand bewaard blijven van tenminste 200 mm.
Het 4-draads-systeem wordt gebruikt, wanneer de krachtopnemer direct op de
TAD 3 kan worden aangesloten. De Excitation and Sense moeten dan op de
TAD 3 doorverbonden worden. (Zie schema vorige pagina).
Zowel de kabelafscherming als terminal 5 moeten in één punt verbonden worden
met aarde.
Het 7-draads-systeem wordt toegepast bij meer dan één krachtopnemer en bij
krachtopnemers op grotere afstanden. Dit systeem geniet de voorkeur.
De afscherming en contact 5 moeten in één punt verbonden worden naar aarde.
Voeding
Contacten 22, 23
De TAD 3 wordt gevoed met 20-28 VDC.
Bijbehorende DIN-rail voedingen kunnen
besteld worden bij Nobel Weighing Systems.
Seriële communicatie, Com 1
Communicatiepoort Com 1 kan gebruikt
worden voor seriële communicatie met:
Computer/PLC (Modbus), printer of een
extern display.
Weegindicator TAD 3
19