• Droog geen losse bandjes of linten
(bijvoorbeeld de koorden van een
schort). Maak ze aan elkaar vast
voordat u het programma start.
• Maak alle zakken leeg.
• Draai de kledingstukken met een
katoenen voering binnenstebuiten.
Het katoen moet aan de buitenkant
zitten.
• Stel altijd het programma in dat
geschikt is voor het soort wasgoed.
• Doe lichte en donkere kleuren niet
samen.
• Gebruik een geschikt programma
voor katoen, jersey en gebreide
kleding om krimp te verminderen.
Wasvoorschrift
12. ONDERHOUD EN REINIGING
12.1 Het filter schoonmaken
Aan het einde van elke cyclus zal het
filterlampje branden om u te laten weten
dat het filter moet worden gereinigd.
Het filter vangt de pluizen
op. De pluizen ontstaan
tijdens het drogen van de
kleding in de
droogautomaat.
Beschrijving
Wasgoed is geschikt voor machinedrogen.
Wasgoed is geschikt voor machinedrogen op hogere temperaturen.
Wasgoed is allen geschikt voor machinedrogen op lage temperatu-
ren.
Wasgoed is niet geschikt voor machinedrogen.
• Overschrijd de maximale lading niet
die in het programmahoofdstuk wordt
aangegeven of wordt getoond op het
scherm.
• Droog alleen wasgoed dat geschikt is
voor machinedrogen. Zie de
wasvoorschriften op de
kledingstukken.
• Droog grote en kleine items niet
samen. Kleine items kunnen in de
grote verstrikt raken en ongedroogd
blijven.
1. Open de deur.
NEDERLANDS
15