SupportAssist-diagnose
Over deze taak
De SupportAssist-diagnose (voorheen bekend als ePSA-diagnose) voert een volledige controle van uw hardware uit. De SupportAssist-
diagnose maakt deel uit van het BIOS en wordt door het BIOS intern gestart. De SupportAssist-diagnose biedt een aantal opties voor
specifieke apparaten of apparaatgroepen. Hiermee kunt u:
•
automatische tests kunt laten uitvoeren of in interactieve modus
•
tests herhalen
•
testresultaten weergeven of opslaan
•
Voer grondige testen uit voor extra testmogelijkheden en informatie over het/de defecte apparaat/apparaten
•
Statusmeldingen bekijken waarin staat of de tests goed verlopen zijn
•
Foutberichten weergeven die aangeven of er problemen zijn opgetreden tijdens de test
OPMERKING:
Sommige testen zijn bedoeld voor specifieke apparaten en vereisen gebruikersinteractie. Zorg er voor dat
u aanwezig bent bij de computer wanneer er diagnostische testen worden uitgevoerd.
Raadpleeg voor meer informatie
SupportAssist-diagnose uitvoeren
Stappen
1. Schakel de computer in.
2. Druk tijdens het opstarten van de computer op F12 wanneer het logo van Dell verschijnt.
3. Selecteer in het opstartmenu de optie Diagnostics (Diagnose).
4. Klik op de pijl in de rechterbenedenhoek om naar de paginalijst te gaan.
De gedetecteerde items worden weergegeven.
5. Selecteer het apparaat van het linker cluster om tests uit te voeren om een diagnostische test op een specifiek apparaat uit te voeren.
6. Van eventuele problemen worden foutcodes weergegeven.
Noteer de foutcode en het validatienummer en neem contact op met Dell.
Diagnostische lampjes systeem
Statuslampje batterij
Geeft de status van de voeding en de batterij weer.
Wit lampje - voedingsadapter is aangesloten en de batterij is meer dan 5 procent opgeladen.
Oranje - computer werkt op de accu en de accu heeft minder dan 5 procent vermogen.
Off (Uit)
•
Voedingsadapter is aangesloten en de batterij is volledig opgeladen.
•
De computer werkt op de batterij en de batterij heeft meer dan 5 procent vermogen.
•
Computer is in slaapstand, sluimerstand of uitgeschakeld.
Het statuslampje van de voeding en de batterij knippert oranje en pieptooncodes geven aan dat er storingen zijn.
Bijvoorbeeld, het statuslampje van de voeding en de batterij knippert twee keer oranje gevolgd door en pauze, en knippert vervolgens drie
keer gevolgd door een pauze. Dit 2,3-patroon houdt aan totdat de computer is uitgeschakeld en geeft aan dat er geen geheugen of RAM
werd gevonden.
De volgende tabel bevat de verschillende lichtpatronen voor de stroom- en batterijstatus en bijbehorende problemen.
Tabel 21. Led-codes
Diagnostische lampjescodes
1,1
1,2
SupportAssist prestatiecontrole voorafgaand aan het opstarten van het
Omschrijving van het probleem
TPM-detectiefout
Onherstelbare SPI Flash-fout
systeem.
Problemen oplossen
85