Vertaling van de originele installatiehandleiding en gebruiksaanwijzing BEKOMAT
6.2 Montage BM13, BM13 CO
Voor de uitvoering van de montagewerkzaamheden moeten de volgende voorwaarden vervuld en de voorbereidende
activiteiten afgesloten zijn.
Gereedschap
•
bijv. rolgaffelsleutel
Het drukgassysteem of het betreffende systeemsegment drukloos maken en beveiligen tegen onopzettelijk
1.
onder druk zetten.
2.
De gegeven montage-instructies op elk moment in acht nemen.
Afbeelding
50
D
F
Voorwaarden
•
afdichtmaterialen
•
toevoer- en afvoerleiding
Voorbereidende werkzaamheden
23
E
H
G
13, 13 CO, 13 CO PN25, 13 CO PN40
®
Materiaal
Beschrijving / Verklaring
3. De stofkap [50] verwijderen.
4. Het bijgevoegde slangmondstuk [23] op de
condensaatafvoer schroeven.
Montage-instructies
•
Het verval van de condensaattoevoerleiding [D] moet
≥3% bedragen.
•
Geen filters monteren in de
condensaattoevoerleiding [D].
•
De diameter van de condensaattoevoerleiding [D] moet
≥1/2" (binnendiameter ≥13 mm (0.5")) bedragen.
•
Aanbeveling:
De condensaattoevoerleiding [D] voorzien van een
afsluitkraan [E] om een eenvoudige instandhouding van
het product mogelijk te maken.
5. Voor de condensaattoevoerleiding [D] het uiteinde
van een drukvaste buis indichten en aan de
condensaattoevoer erin schroeven.
Montage-instructies
•
De condensaatafvoerleiding [G] mag max. 5 m (17 ft)
stijgend worden gelegd. Per meter stijging wordt de
vereiste minimum druk verhoogd met 0,1 bar (1.5 psi).
•
De diameter van de verzamelleiding [H] moet ≥3/4" en
het verval ≥3% bedragen.
•
Geen afsluitkleppen gebruiken in de condensaatafvoer.
•
De drukslang [F] niet knikken, blokkeren of op lager- of
transportvlakken leggen.
6. Voor de afvoer een korte drukslang [F] (ontworpen voor
de systeemdruk) met een slangklem aansluiten aan de
condensaatafvoer en de condensaatafvoerleiding [G].
Beschermende uitrusting
Altijd dragen:
23 | 64