5. Inbedrijfstelling
5
Inbedrijfstelling
5.1
Controlepunten vóór inbedrijfstelling
28
OPGELET
Als de temperatuur in de zonnecollectoren hoger is dan
130°C, werkt de regelaar in de veiligheidsmodus. Wacht
tot de avond om de zonnecollectoren in bedrijf te stellen
of af te laten koelen (afdekken).
5.1.1.
SWW-toestel
1. Controleer voor het in bedrijf nemen of de installatie daadwerkelijk
geleegd en doorgespoeld is.
2. Zorg dat alle kleppen van het circuit open staan.
3. Vul de installatie met water en controleer de hydraulische
afdichting.
5.1.2.
Primair zonnecircuit
¼Zie de installatie- en inbedrijfstellingshandleiding van het
zonnestation.
5.1.3.
Primair verwarmingscircuit
¼Zie de Installatiehandleiding van de ketel
5.1.4.
Elektrische aansluiting
Controleer de elektrische aansluiting, vooral de aarding.
200...500C-2S
01/06/2016 - 7652080-001-03