Desktop Management
Opstartwachtwoord definiëren met Computerinstellingen
Opstartwachtwoord invoeren
6-8
Het opstartwachtwoord is een beveiligingsvoorziening in
Computerinstellingen waarmee de pc alleen kan worden gebruikt als eerst een
wachtwoord wordt ingevoerd. Telkens wanneer u de pc aan zet, moet u het
wachtwoord invoeren als het sleutelpictogram op het scherm verschijnt.
1. Zet de pc aan of start deze opnieuw op. Klik hiervoor in Windows op
Start > Afsluiten > De computer opnieuw opstarten.
2. Druk op F10 zodra het bericht Computerinstellingen (F10) rechtsonder in
het scherm verschijnt. Druk op Enter om een eventueel beginscherm over
te slaan.
Als u niet op F10 drukt voordat het bericht is verdwenen, moet u de pc
opnieuw starten om toegang te krijgen tot het hulpprogramma.
3. Selecteer achtereenvolgens Security (Beveiliging) en Power-On
Password (Opstartwachtwoord) en volg de instructies op het scherm.
4. Klik op File (Bestand) > Save Changes and Exit (Wijzigingen opslaan en
afsluiten) voordat u het programma afsluit.
U voert als volgt een opstartwachtwoord in:
1. Zet de pc aan of start deze opnieuw op. Klik hiervoor in Windows op
Start > Afsluiten > De computer opnieuw opstarten.
2. Wanneer het sleutelpictogram op het beeldscherm verschijnt, typt u het
huidige wachtwoord en drukt u op Enter.
Typ zorgvuldig. Uit veiligheidsoverwegingen worden de tekens die u typt
niet op het scherm weergegeven.
Als u het wachtwoord verkeerd invoert, verschijnt het pictogram van een
gebroken sleutel. Probeer het opnieuw. Na drie mislukte pogingen moet u de
pc uitzetten en opnieuw opstarten voordat u verder kunt.
Snel aan de slag en Gebruikershandleiding