8.16
Het snijmes plaatsen/verwijderen (Fig. 5A-F)
▪
Haak de beschermkapuitbreiding af van de beschermkap.
OPGELET! Zorg ervoor dat de beschermkapuitbreiding verwijderd is.
▪
Monteer de bovenste klemplaat op de aandrijfschacht.
▪
Draai de as van het mes totdat een van de gaten van de bovenste klemplaat
overeenstemt met de opening van de bovenste beschermkap.
▪
Stop de vergrendelpen in de opening om de schacht te vergrendelen.
▪
Plaats het mes, de onderste klemplaat en de onderste beschermkap op de
aandrijfschacht.
▪
Monteer de moer. De moer moet aangespannen worden met een krachtmoment van 35 -
50 Nm. Gebruik de dopsleutel uit de gereedschapsset. Hou de schacht van de sleutel zo
dicht mogelijk bij de mesafschermkap. Om de moer vast te draaien, draait u de sleutel in
de tegenovergestelde richting van de draairichting (Opgelet! Linkse schroefdraad).
▪
Verwijder de vergrendelpen wanneer alle montagestappen voltooid werden.
8.17
De trimkop en trimbeschermkap plaatsen/verwijderen (Fig. 6A-C)
▪
Haak de trimmerbeschermkap op de beschermkap
▪
Monteer de bovenste klemplaat op de aandrijfschacht.
▪
Draai de as van het mes totdat een van de openingen in de bovenste klemplaat
overeenstemt met de overeenkomstige opening in de bovenste beschermkap.
▪
Stop de vergrendelpen in de opening om de schacht te vergrendelen.
▪
Schroef er de trimkop op, in de omgekeerde richting van de draairichting.
▪
Om te verwijderen, volgt u de instructies in omgekeerde volgorde.
8.18
Het draagharnas omdoen (Fig. 7)
Nota: de volgende afregelingen kunnen ervoor zorgen dat u kunt werken
zonder vermoeid te raken. Deze aanpassingen kunnen variëren naargelang
uw lichaamsafmetingen.
Stel het draagharnas volgens uw lichaamsbouw in vóór u begint te werken.
Balanceer het apparaat met het gemonteerde snijgereedschap zodat het
snijgereedschap juist boven de grond beweegt zonder dat u het apparaat
met uw handen moet verplaatsen.
▪
Doe het draagharnas om en sluit de klemmen zodat ze op hun plaats klikken. (Fig. 7A)
▪
Doe de riem om om het draagharnas centraal op uw lichaam te bevestigen en stel de
afmetingen voor uw bovenlichaam in. (Fig. 7B)
▪
Trek aan de twee schouderriemen om ze aan te spannen. (Fig. 7C)
▪
Trek aan de riem om de correcte positie van het apparaat aan het draagharnas te
controleren. (Fig. 7D)
▪
Haak de karabijnhaak aan (Fig. 7E-G) en zet hem vast met de rode riem van de
snelontgrendeling.
▪
Neem nu het apparaat en hang het zó dat het draagoog (3) in de karabijnhaak klikt. (Fig.
7H) Het draagoog (3) kan ook verplaatst worden door de schroef los te zetten en ze te
verschuiven om een optimale uitrichting van het gereedschap te bereiken.
Copyright © 2018 VARO
POWXG3026
P a g i n a
| 17
NL
www.varo.com