volledig los voordat u de trekker in beweging zet. Begin niet aan een taak als de trekkeromstandigheden
niet bevredigend zijn.
2.1.4.3 Draag persoonlijke beschermingsmiddelen
Draag nauwsluitende kleding en geschikte veiligheidsuitrusting voor de taak. De volledige aandacht is
nodig bij werkzaamheden onder veiligheidsomstandigheden. Draag geen hoofdtelefoon met muziek bij het
bedienen van de machine. Draag geen losse kleding, sieraden of andere voorwerpen en bind uw haar op,
wanneer het lang is, omdat het verstrikt kan raken in de bedieningselementen of andere onderdelen.
2.1.4.4 Geluidbeveiligingen
Langdurige blootstelling aan lawaai kan leiden tot gehoorstoornis of -verlies. Om uzelf te beschermen
tegen lawaai, gebruik een geschikte gehoorbescherming, zoals oorkappen of oordopjes.
2.1.4.5 Juist gebruik van treden en handgrepen
Om te voorkomen dat u valt, moet u altijd met uw gezicht naar de machine gericht in- en uitstappen. Zorg
met behulp van de treden en handrail voor 3 ondersteuningspunten. Houd u nooit vast aan de
bedieningselementen van de machine. Wees uiterst voorzichtig wanneer modder, sneeuw of vochtigheid
tot gladde omstandigheden leiden. Houd de treden schoon en vrij van olie of vet. Spring nooit van de
machine. Spring nooit in of uit het voertuig terwijl het in beweging is.
WAARSCHUWING:
Gevaar voor vallen! Als u in of uit de trekker springt, kunt u gewond raken. Ga altijd in de
richting van de machine staan, gebruik de handrails en treden en stap langzaam in of uit.
Zorg te allen tijde voor contact op drie punten om te voorkomen dat u valt: beide handen
aan de handrails en één voet op een trede, of één hand aan de handrail en beide voeten
op de treden. Het nalaten hiervan kan ernstig of zelfs dodelijk letsel tot gevolg hebben.
Stap alleen in of uit de machine via de specifieke toegangen die zijn voorzien van een
handrail, treden of een ladder. Spring niet van de machine. Controleer of de treden,
ladders en platforms schoon en vrij van rommel en verontreinigingen blijven. Gladde
oppervlakken kunnen leiden tot ongevallen. Stap nooit in of uit de machine terwijl deze in
beweging is. Gebruik het stuurwiel of andere bedieningselementen of accessoires niet als
leuning wanneer u in of uit de cabine stapt.
2.1.4.6 Toestand van de trekker
De trekker in perfecte staat houden en inachtneming van de onderhoudsintervallen (voor olie verversen,
bijvullen, reviseren, afstellingen en volledige reiniging) stelt u in staat werkzaamheden onder de beste
veiligheids- en prestatieomstandigheden uit te voeren.
2.1.4.7 Afstellings- en onderhoudswerkzaamheden
Blijf uit de buurt van hete onderdelen van de
trekker, zoals de motor, de uitlaat of de
transmissie. Moet u werken aan overhangende of
hete onderdelen, draag handschoenen of gebruik
een doek. Draag een veiligheidsbril.
482817
2. Veiligheidsinstructies en -punten - Garantie
Fig. 1
GUID-B5EDC22C-C7A0-4438-8589-0EA715660EEB [V1]
GUID-72334720-1023-48B2-BDA5-21CC27842571 [V1]
GUID-80E15497-C7C0-4B89-9261-A517B5D443C4 [V1]
GUID-9F40DDA9-0A04-4932-92F1-607117D3DF85 [V1]
GUID-C628B07B-EE77-4DD7-A2BA-B3C9060B978D [V1]
GUID-332570AB-CCA8-4019-9674-3E365316B108-low.png [Low]
27