➔ Voor een betere warmteafleiding de regelklep bij
de inbouw zo draaien, dat de aandrijving zijdelings
naar de buisleiding gepositioneerd is. Daarbij wordt
automatisch voorkomen dat de aandrijving door
opstijgende warme lucht wordt omstroomd.
➔ Op de temperatuurbestendigheid van de afdich-
tingen letten!
➔ Bij een temperatuur van het medium > 250°C
warmtegeleidingsplaten inzetten, zie de toebehoren.
Regelklep in de buisleiding inbouwen
De volgende afbeelding kan van het betreffende klep-
type afwijken.
1
➔ Erop letten, dat beide waaierschijven aan dezelfde
schroef gemonteerd worden.
➔ De regelklep spanningsvrij in de leiding monteren.
3
4
6 Regelklep centreren. Erop letten, dat de klepschijf
ongehinderd kan bewegen.
7
8
9
➔ Moet de regelklep zonder stelaandrijving gebruikt
worden, dan is een adapterset met handmatige
verstelling leverbaar, zie de toebehoren.
stelaandrijving aan de Bva, Bvg monteren
➔ Moet de regelklep BVA, BVG op een andere ste-
laandrijving dan IC 20/IC 40 gemonteerd worden,
dan is een adapterset leverbaar, zie de toebehoren.
➔ Voor de montage van de regelklep BVA, BVG aan
de stelaandrijving IC 30/IC 50, zie de toebehoren
of de bedieningshandleidingen stelaandrijvingen IC..
op www.docuthek.com.
stelaandrijving IC 20/IC 40 aan Bvx monteren
➔ Bij een voorgemonteerde stelaandrijving en re-
➔ De stelaandrijving IC 20, IC 40 kan bij alle regelklep-
Ondeskundige inbouw
Om ervoor te zorgen dat het apparaat bij het mon-
teren en in werking niet beschadigd raakt, moet er
op het volgende gelet worden:
– Moet de aandrijving na de montage met de
Bvg, BvgF, Bva, BvaF
2
1
Bvh, Bvhs
5
1
➔ Toegestane inbouwpositie van de IC: kabelwar-
4
BvhR
1
➔ Groef (a) parallel aan de gesloten klepschijf uitlijnen.
3
NL-4
gelklep (IB..) is de montageset reeds gemonteerd.
Wordt de stelaandrijving naderhand gemonteerd,
dan is de montageset als bijartikel leverbaar, zie
de toebehoren.
pen 180° gedraaid worden ingebouwd.
opgeLeT
regelklep 180° gedraaid worden, dan moet de
stelaandrijving van de regelklep losgemaakt
worden. Alleen de stelaandrijving verdraaien!
Anders kan een veranderde draairichting van de
klep tot schade aan het mechanisme en de
elektronica leiden.
2
2
tels wijzen in de richting ingang of uitgang van de
buisleiding.
A
2
4
3